4 VMBO Woordenschat hoofdstuk 2

Woordenschat hoofdstuk 2
De betekenis van een onbekend woord afleiden uit het woord.

                                     3 manieren
- woord voorvoegsel en / of achtervoegsel
- samengesteld woord
- woord lijkt op bekend woord


1 / 15
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 4

This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Woordenschat hoofdstuk 2
De betekenis van een onbekend woord afleiden uit het woord.

                                     3 manieren
- woord voorvoegsel en / of achtervoegsel
- samengesteld woord
- woord lijkt op bekend woord


Slide 1 - Slide

Voorvoegsel/achtervoegsel

   je misdragen - je slecht gedragen


waardeloos - zonder waarde


    non fictie - niet verzonnen

Slide 2 - Slide

Samenstelling

vakkennis - kennis van een vak (iets weten over een vak)


tegelvloer - vloer van tegels



Slide 3 - Slide

Woord lijkt op een ander woord
concentratie lijkt op concentreren = opletten

chaotisch lijkt op chaos = puinhoop

Slide 4 - Slide

Veelvoorkomende voorvoegsels
Voorbeeld

a-: niet

anti-: tegen

non-: niet

mis-: verkeerd, fout

wan-: slecht, verkeerd

her-: weer, opnieuw

ex-: niet meer

mini-: heel klein

inter-: tussen 2 of meer gebieden

asociaal

antipathie

non-actief

misdragen

wantoestand

herinrichten

ex-man

minibus

interland

Slide 5 - Slide

Wat betekent
onmisbare
A
niet te missen
B
gemiste

Slide 6 - Quiz

Wat betekent
interregionaal
A
in de regio's
B
tussen regio's

Slide 7 - Quiz

Wat betekent
wantoestanden
A
slechte toestanden
B
andere toestanden

Slide 8 - Quiz

Wat betekent
non-actief
A
weer actief
B
niet actief

Slide 9 - Quiz

Wat betekent
ex-voorzitter
A
iemand die vroeger voorzitter was
B
verkeerde voorzitter

Slide 10 - Quiz

Wat betekent
herkauwers
A
een dier dat zijn eten opnieuw kauwt
B
een dier dat zijn eten meteen goed kauwt

Slide 11 - Quiz

Planner of volg het advies.
  • Maak opdracht 1 en lees de theorie goed door
  • Maak opdrachten 2 en 3
  • Kies er 4 uit opdracht 4
  • Kies er 3 uit opdracht 5
  • Kies er 2 uit opdracht 6
  • Maak opdracht 7
  • Opdracht 8 en 9 mag je overslaan

Slide 12 - Slide

Nakijken?
Kijk je gemaakte opdrachten na en verbeter gemaakte fouten.

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Test blz. 80
Maak de test en kijk je opdrachten na. 

1 fout = 2 punten

Slide 15 - Slide