Ik weet het verschil tussen variabele en vaste kosten.
Ik kan kosten indelen in variabele of vaste kosten.
Ik kan het verschil tussen degressieve, proportionele en progressieve kosten uitleggen en verklaren.
Ik begrijp het verschil en verband tussen totale, marginale en gemiddelde kosten en kan dit (rekenkundig & taalkundig) toepassen.
Ik begrijp het verschil en verband tussen totale, marginale en gemiddelde opbrengsten en kan dit (rekenkundig & taalkundig toepassen).
Ik weet hoe btw in Nederland verrekend wordt en kan dit toepassen.