5V 10.4 dl2

Paragraaf 1 Dierenwelzijn
10.4: Stoffentransport
1 / 17
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

This lesson contains 17 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Paragraaf 1 Dierenwelzijn
10.4: Stoffentransport

Slide 1 - Slide

Deze les:
- Bespreken Exit ticket + huiswerk
- Oefening Bloedarmoede
- Extra oefening of Examenvraag
- CO2-transport

Slide 2 - Slide

10.4 Leerdoelen
8. Je beschrijft de bloedsamenstelling
9. Je legt het transport van O2 en CO2 via het bloed uit en beschrijft de functie van myoglobine
10. Je interpreteert O2-verzadigingscurves en leidt waarden af.

Slide 3 - Slide

Exit ticket: Het Bohr effect
Bloed is voor 100% verzadigd als het 20 mL O2 per 100 mL bevat.
In beenspieren van een mens heersen de volgende omstandigheden:
- in rust: pO2 = 5,0 kPa, pCO2 = 5,3 kPa
- in actie: pO2 = 3,0 kPa, pCO2 = 8,0 kPa
In de haarvaten van deze spieren komt bloed binnen waarvan de pO2 = 14 kPa en de pCO2 = 2,7 kPa. 
Bereken hoeveel ml O2 per 100 mL bloed in actie meer wordt afgegeven door het Bohr effect dan in rust.

Slide 4 - Slide

Uitwerking: Het Bohr effect
Bloed vanaf de longen: Hb verzadigingspercentage 98% 

Spieren in rust: Hb verzadigingspercentage 70%
Afgifte in rust: 98-70=28% 

Spieren in actie: Hb verzadigingspercentage 32%
Afgifte in actie: 98-32=66%

66-28=32% *20 mL/100mL = 7,6 mL/ 100mL

Slide 5 - Slide

Oefening: Bloedarmoede
Wietske gaat ondanks haar bloedarmoede joggen. Door haar bloedarmoede in het hemoglobinegehalte van haar bloed gedaald van 8,5 mmol/L naar 5 mmol/L. Bij een hemoglobinegehalte van 8,5 mmol/L bevatte haar bloed bij 100% verzadiging 205 mL O2 per liter.
In haar longen is de pO2 13 kPa en de pCO2 8,0 kPa.
Tijdens het joggen is de pO2 in haar beenspieren 3,0 kPa en de pCO2 10,7 kPa. Bereken hoeveel mL O2/L haar bloed door bloedarmoede minder aan haar beenspieren tijdens het joggen kan afgeven.

Slide 6 - Slide

Uitwerking: Bloedarmoede
Bloed vanaf de longen: Hb verzadigingspercentage 94% 
Spieren tijdens joggen: Hb verzadigingspercentage 24%

Afgifte =  94 - 24 = 70% van 205 mL O2 / L (bij 8,5 mmol Hb) = 143,5 mL O2 / L

Bij bloedarmoede (5 mmol Hb) is 100% verzadiging; (5/8,5) x 205 = 120,6 mL O2/ L.
Afgifte is dan 70% van 120,6 mL = 84,4 mL O2 / L

Minder afgegeven door bloedarmoede = 143,5 - 84,4 = 59,1 mL O2/L

Slide 7 - Slide

Aan de slag!
- Nakijken/bespreken huiswerk + mini D-toets 10.1 - 10.3
- Maken extra oefeningen Bohr effect. 
- OF maken Examenvraag

Klaar? Lezen 10.4 'Koolstofdioxidetransport in bloed'
timer
15:00

Slide 8 - Slide

CO2 afgifte (weefsel) BINAS 83E
Stap 1 
De CO2 die in de weefsels wordt geproduceert diffundeert naar het bloed. 
5% daarvan lost op in het bloedplasma, 95% diffundeert de rode bloedcellen in
1

Slide 9 - Slide

CO2 afgifte (weefsel)
Stap 2 
1/3 bindt aan Hb tot HbCO2 (kost een H+).
De eventueel gebonden zuurstof laat los en diffundeert de rode bloedcel uit.
2

Slide 10 - Slide

CO2 afgifte (weefsel)
Stap 3 
2/3 reageert met H2O met behulp van het enzym koolzuurhydrase tot H2CO3.
3

Slide 11 - Slide

CO2 afgifte (weefsel)
Stap 4
H2CO3 lost op in water en splitst naar H+ en HCO3-.
HCO3- diffundeert de rode bloedcel uit.
Cl- diffundeert de rode bloedcel in om het spanningsverschil op te heffen.
4

Slide 12 - Slide

CO2 afgifte (weefsel)
Stap 5
H+ bindt aan hemoglobine tot HbH.
De eventueel gebonden zuurstof laat los en diffundeert de rode bloedcel uit.

5

Slide 13 - Slide

CO2 afgifte (longen)
Beschrijf de stappen die in de longen plaatsvinden. 'Lees' de tekening in BINAS tabel 83E.

Slide 14 - Slide

CO2 afgifte (longen)
1. O2, Cl- en HCO3- diffunderen de rode bloedcel in.
2. O2 bindt aan Hb, H+ en CO2 komen vrij.
3. H+ en HCO3- vormen H2CO3
4. H2CO3 valt uiteen in H2O en CO2
5. CO2 diffundeert de cel uit, het bloedplasma in en richting het longblaasje.

Slide 15 - Slide

Zuurgraad bloed
CO2 komt vrij in je lichaam door dissimilatie en verzuurt het bloed.
Dissimilatie is verbranding (mbv zuurstof/ O2) van energierijke stoffen (zoals glucose). Hierbij komt energie vrij en CO2 (en water).
CO2 + H2O -> H2CO3 -> H+ en HCO3-

Slide 16 - Slide

Zuurgraad bloed
Veel van de CO2 en H+ ionen worden afgevangen door hemoglobine maar ook ander eiwitten fungeren als buffers.
Deze stoffen heten bufferende stoffen/ pH buffer.

Slide 17 - Slide