Imparfait

BONJOUR ET BIENVENUE
Bonjour
et 
bienvenue!!
1 / 19
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

BONJOUR ET BIENVENUE
Bonjour
et 
bienvenue!!

Slide 1 - Slide

Plattegrond
Ella
Melati
Tygo
Tim
Jesse
Pieter
Roan
Mels
Mayla
Sanne L
Luuk Z
Mariam
Sarah
Roos
Emma
Amber
Sanne M
Nena
Tara
Malan 
Jitte
Luuk B
Lucca
Melle
Ruben
Joel
Yari
Lucius
Docent

Slide 2 - Slide

la tâche de début
De imparfait:  
Schrijf de vertaling van onderstaande zinnen op het blaadje + je naam.
Imparfait: o.v.t - onvoltooid verleden tijd.
Vertaal onderstaande zinnen naar het Nederlands
  • Je donnais mon livre à mon ami.
  • Elle visitait le Louvre.
  • Nous regardions le film. 

(Tip: Kijk in je grammaticaboekje blz 3)
timer
2:00

Slide 3 - Slide

Aujourd'hui

Programme:
  • La tâche de début
  • De imparfait
  • Au travail
  • Quizlet live

Slide 4 - Slide

Toetsprogramma 

Slide 5 - Slide

Imparfait (onvoltooid verleden tijd)
Voorbeelden: ik gaf, hij kende, wij zagen, jij had...
Stappenplan:
  1. zet het werkwoord in de nous-vorm in de présent. Bijvoorbeeld: nous parlons.
  2. - ons
  3. Plaats de juiste uitgang, bij de juiste persoon
    --> zie afbeelding/grammaticaboekje

Bijvoorbeeld: Je parlais, nous chantions, ils avaient

Slide 6 - Slide

Imparfait
Onderwerp 
Uitgang 
Voorbeeld 
Je
- ais
Je parlais 
Tu 
- ais
Tu parlais
Il / Elle / On 
- ait
Elle parlait
Nous
- ions
Nous parlions  
Vous 
- iez
Vous parliez 
Ils / Elles
- aient
Ils parlaient 
De uitgangen van de imparfait herken je aan de ''i" van imparfait

Slide 7 - Slide

présent
imparfait
passé composé
je donne
je donnais
j'ai donné
j'ai fait
je faisais
je fais

Slide 8 - Drag question

je prépare
nous trouvions
vous étiez
elle a rencontré
avait
passé composé
le présent
imparfait

Slide 9 - Drag question

Imparfait
Welke vorm is GEEN imparfait?
A
Nous allons
B
Nous regardions
C
Elle allait
D
Je voulais

Slide 10 - Quiz

Imparfait
Welke vorm is GEEN imparfait?
A
C'était
B
Vous chantez
C
Il y avait
D
Je voulais

Slide 11 - Quiz

je
tu
il/elle/on
nous
vous
ils/elles
Combineer de juiste vorm van 'être' met het onderwerp
Uitgangen Imparfait
-ais
-ais
-ait
-ions
-iez
-aient

Slide 12 - Drag question

Vertaal:
Ik gaf
A
Je donne
B
J'ai donné
C
Je donnais
D
je vais donner

Slide 13 - Quiz

Vertaal:
Ton chien était très petit.

Slide 14 - Open question

Vertaal:
Jij at (eten = manger)

Slide 15 - Open question

choisissait
attendiez
a écouté
était
a rencontré
avaient
sont tombés
passé composé
passé composé
passé composé
imparfait
imparfait
imparfait
imparfait

Slide 16 - Drag question

Au travail !
Wat?
Maak de opgaven in het document in classroom 'imparfait' + lever deze  in via classroom.
Met wie en hoe?
- In tweetallen overleggen
- deadline = vandaag 23:59
Hulp nodig?
Steek je hand op
Tijd?

Tip:
Kijk op pagina 
3 & 19 
Klaar? 
- verbuga.eu
(p.c & imparfait)
- vooruitwerken 
futur proche
timer
7:00

Slide 17 - Slide

Ga naar www.quizlet.live

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Link