Circulatie en het prikkelgeleiding en RR

Circulatie/bloedsomloop
&
Ademhaling
1 / 39
next
Slide 1: Slide
TrainingsleerMBOStudiejaar 1

This lesson contains 39 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

Items in this lesson

Circulatie/bloedsomloop
&
Ademhaling

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Leerdoelen
  • Ik kan vertellen welke twee bloedsomlopen het menselijk lichaam heeft en hoe/waar het bloed stroomt in elk van deze bloedsomlopen
  • Ik weet de functie(s) van de twee bloedsomlopen
  • Ik kan het prikkelgeleidingssysteem benoemen
  • RR---mmHg

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Slide 3 - Video

This item has no instructions

Slide 4 - Video

This item has no instructions

De bloedsomloop
De weg hoe het bloed door het lichaam stroomt.

2 bloedsomlopen:

  • Kleine bloedsomloop
  • Grote bloedsomloop

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Functie hart
  • Rechter atrium:
    Zuigt het zuurstofarme bloed het hart in.
    Eindpunt grote circulatie.
  • Rechter ventrikel:
    Pompt het zuurstofarme bloed de longen in.
    Begin kleine circulatie.
  • Linker atrium:
    Zuigt het zuurstofrijke bloed uit de longen weer het hart in.
    Eindpunt kleine circulatie.
  • Linkerkamer
    Pompt het zuurstofrijke bloed via de aorta naar de weefsels. Begin grote circulatie.  

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

H2: Circulatie 

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Wat is de grote bloedsomloop?
A
hart - alle organen - hart
B
hart - hersenen- hart
C
hart - longen - hart

Slide 8 - Quiz

This item has no instructions

De bloedsomloop bij de mens is een dubbele bloedsomloop. Waarom noemen we het een 'dubbele bloedsomloop'
?
A
Tijdens één complete rondgang door het lichaam stroomt het bloed twee keer door het hart.
B
Tijdens één complete rondgang door het lichaam stroomt het bloed twee keer langs de longen.

Slide 9 - Quiz

This item has no instructions

De kleine bloedsomloop is de bloedsomloop die verloopt
over de longen
A
waar
B
niet waar

Slide 10 - Quiz

This item has no instructions

Hoe loopt de kleine bloedsomloop?

Wat is de taak van de kleine bloedsomloop?
A
Hart --> hele lijf --> Hart, Zuurstof opname in bloed
B
Hart --> hele lijf --> Hart, Zuurstof afgeven aan cellen
C
Hart --> Longen --> Hart, Zuurstof opname in bloed
D
Hart --> Longen --> Hart, Zuurstof afgeven aan cellen

Slide 11 - Quiz

This item has no instructions

De sinusknoop bevindt zich in
A
de Rechter kamer
B
De linker kamer
C
De rechter boezem
D
De linker boezem

Slide 12 - Quiz

This item has no instructions

Prikkelgeleiding 

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Wat weten we nog?
  • Ik kan vertellen welke twee bloedsomlopen het menselijk lichaam heeft en hoe/waar het bloed stroomt in elk van deze bloedsomlopen
  • Ik weet de functie(s) van de twee bloedsomlopen

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Wat weet je na deze les?
Wat is systolische druk 
Wat is diastolische bloeddruk.
Welke factoren van invloed zijn op de bloeddruk 
Wat is de sinusknoop?
Wanneer is de bloeddruk te hoog of te laag, wat zijn de verschijnselen?

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Vaten
Angina Pectoris

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Sinusknoop, impulsen en hartslag

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Prikkelgeleidingssysteem
(1) Sinusknoop
Een elektrische prikkel start in gespecialiseerde spiercellen (rechterboezemwand)

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

De sinusknoop 
  • In de sinusknoop ontstaat de hartprikkel.
  • Zit in de zijwand van de rechter boezem, vlak bij de bovenste holle ader.
  • Bestaat uit niet-samentrekkende spiervezels.
  • De prikkels uit de sinusknoop verlopen via de AV-knoop, de bundel van His en purkinje-vezels naar de kamers.
  • ECG (hartfilmpje): registratiemethode van de elektrische activiteit van het hart. 

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

De sinusknoop bepaalt het hartritme

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Bloeddruk
  • Als je je inspant of opwindt, stijgt je bloeddruk tijdelijk.
  • In rust daalt de bloeddruk weer.
  • Langdurig hoge bloeddruk beschadigt de wanden van de slagaders. 

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Bloeddruk
De bloeddruk is de druk die het bloed uitoefent op de wanden van de slagaders als het wordt rondgepompt. 

Bloeddruk omhoog: inspanning  /   Bloeddruk omlaag: in rust

Hoge bloeddruk kan schadelijk zijn. Oorzaken hoge bloeddruk:
  • Stress, roken, overgewicht en te veel zout eten.
Een te hoge bloeddruk beschadigd de wanden van de slagaders. 

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Bloeddruk
Bloeddruk: bloed drukt tegen de wanden je bloedvaten.

Slide 23 - Slide

This item has no instructions

Bovendruk ( systolische bloeddruk)
Bloeddruk wanneer de kamers samentrekken

Onderdruk (diastolische bloeddruk)
Bloeddruk tijdens de hartpauze

Slide 24 - Slide

This item has no instructions

hoge bloeddruk
Bloeddruk

Slide 25 - Slide

This item has no instructions

Bloedvaten
Slagaders:
Hart naar orgaan
Zuurstofrijk
Dikke gespierde wand 
Hoge bloeddruk

Aders
Van orgaan naar hart 
Zuurstofarm
Dunne wand, met kleppen
Lage bloeddruk

Slide 26 - Slide

This item has no instructions

Uitleg opdracht
ZOEK OP: 
Wat is een goede bloeddruk?
Wat is het probleem van een hoge bloeddruk?
Wat is het probleem van een lage bloeddruk?




timer
15:00

Slide 27 - Slide

This item has no instructions

Gevolgen bloeddruk

Hoge bloeddruk:

  • Te hoge druk op de bloedvaten, het hart klopt te krachtig
  • Vergrote kans op hart- en vaatziekten (beschadigd de wanden van de slagaders --> meer kans op slagaderverkalking)

Lage bloeddruk:

  • hoofdpijn, duizeligheid
  • delen van het lichaam krijgen te weinig bloed -> zuurstof
De bloeddruk is de druk die het bloed uitoefent op de wanden van de slagaders. 

Slide 28 - Slide

This item has no instructions

Bloeddruk
Hoge bloeddruk
Lage bloeddruk

Slide 29 - Slide

This item has no instructions

Hoogste bloeddruk
Lagere bloeddruk
Bijna geen bloeddruk

Slide 30 - Drag question

This item has no instructions

Wanneer spreken we van een gezonde bloeddruk, hoge bloeddruk en zeer hoge bloeddruk?

Slide 31 - Open question

This item has no instructions

Wat is bloeddruk?
A
Een druk in het bloed zelf, die zorgt dat het lichaam wordt voorzien van bloed
B
de kracht waarmee het hart het bloed de vaten in pompt en de druk die daardoor wordt uitgeoefend op de wanden van de bloedvaten

Slide 32 - Quiz

This item has no instructions

Is een bloeddruk van 120/80 een gezonde bloeddruk?
A
Ja
B
Nee

Slide 33 - Quiz

This item has no instructions

Hoe zat het ook alweer?
Hypertensie
Hypotensie
Te hoge bloeddruk
Te lage bloeddruk
Normale bloeddruk

Slide 34 - Drag question

This item has no instructions

Via elektrische stroompjes trekken eerst de ... samen en daarna de ....?(sinusknoop)
A
Eerst de kamers en daarna de boezems
B
Eerst de boezems en daarna de kamers
C
Eerst de linkerkamer en daarna de rechterboezem
D
Eerst de rechterkamer en daarna de linkerboezem

Slide 35 - Quiz

This item has no instructions

De normale frequentie van de Sinusknoop is ongeveer per minuut:
A
50
B
70
C
100
D
120

Slide 36 - Quiz

This item has no instructions

Wat is een andere benaming voor sinusknoop
A
Bundel van His
B
pacemaker
C
Atrioventriculaire knoop
D
Vescerale knoop

Slide 37 - Quiz

This item has no instructions

Wat weet je na deze les?
Wat is systolische druk 
Wat is diastolische bloeddruk.
Welke factoren van invloed zijn op de bloeddruk 
Wat is de sinusknoop?
Wanneer is de bloeddruk te hoog of te laag, wat zijn de verschijnselen?

Slide 38 - Slide

This item has no instructions

Wat vond je van
deze les?

Slide 39 - Mind map

Dit is de evaluatieslide.
  • Beantwoord de vraag.
  • Lees de extra informatie over de evaluatievraag.
Extra informatie
Elke les eindigt met een korte evaluatie. Het platform LessonUp slaat de antwoorden van de leerlingen automatisch op. Dit gebruiken we als feedback om de lessen te blijven verbeteren.