2.1 Soorten mengsels

2.1 Soorten mengsels
1 / 20
next
Slide 1: Slide
ScheikundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

2.1 Soorten mengsels

Slide 1 - Slide

Wat is een mengsel?
  • meerdere stoffen bij elkaar
  • Dit kan dan helder of troebel worden 

Slide 2 - Slide

Oplossing
ALTIJD helder = je kunt er doorheen kijken. LET OP: kan wel een kleur hebben!
oplosmiddel = vloeistof waarin je de  stof oplost

                                           (s) + (l)                                                       (l) + (l)

Slide 3 - Slide

Suspensie
Troebel


                                                                        (s) + (l)


Bezinken: vaste deeltjes zakken naar de bodem

Slide 4 - Slide

Emulsie
troebel
TWEELAGENSYSTEEM

                               (l) + (l)

Om een tweelagensysteem te voorkomen: emulgator toevoegen!

Slide 5 - Slide

Oplossing - Suspensie?
Oplossing/Suspensie?
Suspensie
Oplossing/suspensie?
Oplossing
Troebel: mengsel van een vaste stof in een vloeistof => Suspensie.
Een helder mengsel van een stof in een vloeistof => Oplossing.

Slide 6 - Slide

Oplossing - Suspensie - Emulsies?
Emulsie
2
Suspensie
3
Oplossing
1

Slide 7 - Slide

Andere troebele mengsels
Rook (smog) = vaste stof in een gas
Schuim = gas in een vloeistof
Nevel = vloeistof in gas

Slide 8 - Slide

Homogene en heterogene mengsels

Homogeen: moleculen zijn overal gelijk verdeeld in het mengsel
--> Oplossingen en mengsels van gassen

Heterogeen: moleculen zijn niet gelijk verdeeld in het mengsel 
--> alle troebele mengsels

Slide 9 - Slide

Welk mengsel?
A
oplossing
B
suspensie
C
emulsie

Slide 10 - Quiz

Welk mengsel?
A
oplossing
B
suspensie
C
emulsie

Slide 11 - Quiz

Een suspensie is .....
A
Helder
B
Troebel

Slide 12 - Quiz

Een oplossing is ....
A
Helder
B
Troebel

Slide 13 - Quiz

spa rood is een .....
A
suspensie
B
emulsie
C
oplossing
D
nevel

Slide 14 - Quiz

Een blijvende emulsie is een mengsel van..
A
Water en zout
B
water, olie en zeep
C
Olie en bezine
D
water en olie

Slide 15 - Quiz

Wat voor soort mengsel is dit?
A
Oplossing
B
Zuivere stof
C
Suspensie
D
Emulsie

Slide 16 - Quiz

De benzine en het water zijn slecht te mengen, ze gaan steeds weer uit elkaar. Dit noem je een tweelagensysteem. Waardoor ontstaat een tweelagensysteem?
A
Door een verschil in deeltjesgrootte
B
Doordat de vaste deeltjes zinken
C
Door een verschil in dichtheid
D
Geen idee

Slide 17 - Quiz

Benzine en water zijn dus slecht te mengen, ze gaan steeds weer uit elkaar. Je moet een stof toevoegen om dit mengsel egaal te houden, hoe heet zo'n stof?
A
Katalysator
B
Emulgator
C
Centrifigator
D
Extractie middel

Slide 18 - Quiz

Noem een voorbeeld van een mengsel van een gas in een vloeistof.
A
Nevel
B
Rook
C
Schuim
D
Schuimrubber

Slide 19 - Quiz

Aantekening + aan de slag!

Slide 20 - Slide