H5.4 Wat houd je over?

• Economie
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 2

Vandaag

• Leg je boek (+schrift) klaar. Pen/potlood. 

• GEEN TASSEN OF ANDERE SPULLEN OP TAFEL.

Vandaag

Toets

H5.3

Toets

Vrijdag 19-04-2024

4e uur

Dinsdag 1e uur:

herhaling quiz of openboek toets?

H5 Wat levert het op?

Leerdoelen

• Ik kan uitleggen wat de inkoopwaarde is.
• Ik weet wat brutowinst is en hoe ik deze bereken.
• Ik kan voorbeelden geven van bedrijfskosten
• Ik weet wat nettowinst is en hoe je deze berekent.

H5.4 Wat houd je over?

Inkoopwaarde

Inkoopwaarde

Het totale bedrag dat een winkel betaalt voor de inkoop van producten, noem je de inkoopwaarde.

Berekening brutowinst

Brutowinst = omzet – inkoopwaarde

 

Voorbeeld:

Je hebt in een week € 1.500 omzet behaald. De inkoopwaarde was € 850. Bereken de brutowinst.

€ 1.500 – € 850 = € 650

Bedrijfskosten

Bedrijfskosten

De kosten die een winkel moet maken om te functioneren noem je bedrijfskosten.

Voorbeelden van bedrijfskosten zijn: huur, loon, verzekeringen, elektriciteit, reclamekosten, enzovoort.

Nettowinst

Nettowinst = brutowinst – bedrijfskosten

 

Voorbeeld:

Je brutowinst is in een week € 650. Je hebt € 350 bedrijfskosten. Bereken je nettowinst.

€ 650 – € 350 = € 300

Brutowinst en nettowinst

Aan de slag

Blz 143 t/m 145

Opdrachten 54 + 57 + 59 + 62 + 66

Nakijken!

Blz 143 t/m 145

Opdrachten 54 + 57 + 59 + 62 + 66

Leerdoelen

• Ik kan uitleggen wat de inkoopwaarde is.
  
• Ik weet wat brutowinst is en hoe ik deze bereken.
  
• Ik kan voorbeelden geven van bedrijfskosten
  
• Ik weet wat nettowinst is en hoe je deze berekent.