Kies het Naamwoordelijk gezegde. Robs jonger zus blijkt een goede volleybalster te zijn.
A
blijkt te zijn
B
blijkt volleybalster te zijn
C
blijkt een goed volleybalster te zijn
D
blijkt
1 / 31
next
Slide 1: Quiz
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1
This lesson contains 31 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.
Lesson duration is: 25 min
Items in this lesson
Kies het Naamwoordelijk gezegde. Robs jonger zus blijkt een goede volleybalster te zijn.
A
blijkt te zijn
B
blijkt volleybalster te zijn
C
blijkt een goed volleybalster te zijn
D
blijkt
Slide 1 - Quiz
Welkom!
Wat gaan we doen?
Lezen
grammatica: werkwoordelijk en naamwoordelijk gezegde
Slide 2 - Slide
Slide 3 - Video
Naamwoordelijk gezegde
Werkwoordelijk gezegde
Het onderwerp doet iets
Het onderwerp is iets.
Slide 4 - Drag question
Wat is het werkwoordelijk gezegde?
Slide 5 - Open question
NWG noteren
Het naamwoordelijk gezegde kun je opsplitsen in twee delen:
- het werkwoordelijk gedeelte
-het naamwoordelijk gedeelte
Je schrijft hier dus drie dingen op:
Slide 6 - Slide
Jan | is | een knappe man | geworden
WWG of NWG?
WWG = X
NWG= is een knappe man geworden
werkwoordelijk deel= is geworden
naamwoordelijk deel= een knappe man
Slide 7 - Slide
Wat is het naamwoordelijke deel van het gezegde? Anne was een prachtige bruid
A
Anne
B
was
C
een prachtige bruid
D
was een prachtige bruid
Slide 8 - Quiz
Noteer het Naamwoordelijk gezegde. Noteer het hele gezegde en daarna het werkwoordelijk deel én het naamwoordelijk deel. Is de Braziliaan Pelé volgens velen de beste voetballer aller tijden?
Slide 9 - Open question
Noteer het Naamwoordelijk gezegde. Zou die speelfilm over de Zeeuwse watersnood inderdaad zo spannend zijn?
Slide 10 - Open question
Noteer het Naamwoordelijk gezegde. Recreatie wordt daarentegen een belangrijker vorm van vrijetijdsbesteding.
Slide 11 - Open question
Noteer het Naamwoordelijk gezegde. Jarenlang is Sneeuwwitje de verzorgster van de zeven dwergen gebleven.
Slide 12 - Open question
Noteer het Naamwoordelijk gezegde. Waren Hans en Grietje in het sprookje eigenlijk een tweeling?
Slide 13 - Open question
Kies het Naamwoordelijk gezegde. Waarom werden Klein Duimpje en zijn broers in het bos achtergelaten?
A
werden
B
werden achtergelaten
C
werden in het bos
D
Er is geen Naamwoordelijk gezegde.
Slide 14 - Quiz
Kies het Naamwoordelijk gezegde. Na Assepoesters huwelijk met de prins bleken haar stiefzusters erg jaloers.
A
bleken
B
bleken jaloers
C
er is geen naamwoordelijk gezegde
D
bleken erg jaloers
Slide 15 - Quiz
Kies het Naamwoordelijk gezegde. Noah schijnt later graag een bekende acteur te willen worden.
A
schijnt een bekende acteur te willen worden
B
willen worden
C
schijnt te willen worden
D
schijnt acteur te willen worden
Slide 16 - Quiz
Kies het Naamwoordelijk gezegde. Dat verhaal van Melinde komt me erg bekend voor.
A
komt voor
B
komt me erg bekend voor
C
komt
D
komt erg bekend voor
Slide 17 - Quiz
Ik kan het Naamwoordelijk gezegde van een zin vinden.
A
altijd
B
nooit
Slide 18 - Quiz
Ik weet hoe ik het naamwoordelijk gezegde opsplits in een werkwoordelijk deel en een naamwoordelijk deel.
A
altijd
B
nooit
Slide 19 - Quiz
Oefenen met het naamwoordelijk gezegde
Slide 20 - Slide
www.cambiumned.nl
Slide 21 - Link
www.cambiumned.nl
Slide 22 - Link
Slide 23 - Slide
Wat wordt er bedoeld met spoken word?
Slide 24 - Open question
Twee keer spoken word- artiesten
Slide 25 - Slide
Bab Gons
Slide 26 - Slide
www.google.com
Slide 27 - Link
PRECIES GOED
Soms wil je gewoon je hoofd op de aarde leggen,
je vuist naar de hemel heffen,
de tranen laten komen en zeggen:
het is zeker omdat ik zwart, wit, vrouw,
dik, dun, te groot, te klein,
te lief, onaardig,
omdat ik lelijk, eerlijk,
direct, poëtisch, welbespraakt,
te zichtbaar, onzichtbaar,
kwetsbaar,
onbegrepen, geprezen
arm, trots en confronterend ben?
Daarom zeker!
En dat de aarde je dan met haar zachte handen
heel voorzichtig omhoog duwt,
je op de wang kust en fluistert;
het is omdat je zo ontzettend mens bent.
Niet te veel, niet te weinig, gewoon genoeg mens.
Net zo mens als andere mensen.
Precies goed.
Bab Gons
Slide 28 - Slide
Vragen bij het gedicht
Herken je iets over jezelf in het eerste gedeelte van het gedicht?
Welk woord spreekt jou het meeste aan?
Wat wil Bab Gons met dit gedicht zeggen volgens jou?
Slide 29 - Slide
litlab.nl
Slide 30 - Link
Opdracht: Maak een Spoken Word
Werk in duo's
Maak 6 tot 8 rijmzinnen
Werk met het thema: mens
Zorg dat je de tekst met elkaar kunt uitspreken, lees hard op!