What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Transport in en uit de cel: PASSIEF
1 / 27
next
Slide 1:
Slide
Biologie
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
This lesson contains
27 slides
, with
interactive quizzes
,
text slides
and
3 videos
.
Lesson duration is:
60 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Slide 1 - Slide
5.1 Het transport in en uit de cel
De cel wisselt voortdurend stoffen uit met haar omgeving. Daarbij moeten de stoffen doorheen de celwand of het celmembraan.
Slide 2 - Slide
Sleep functie naar het juiste organel
Celkern
Cytoplasma
Celmembraan
Vacuole
Mitochondrium
Stroperige vloeistof waarin celorganellen liggen
Bepaalt welke stoffen de cel in en uit mogen
Regelt wat er in de cel gebeurt
Met vocht gevuld blaasje dat stevigheid geeft aan de cel
Zorgt voor energie
Slide 3 - Drag question
Sleep de organellen naar de juiste functie.
Transportsysteem
Levert energie
Breekt stoffen af
Maakt eiwitten
Bevat chromosomen
Celkern
Ribosomen
Lysosoom
Mitochondriën
ER
Golgi-systeem
Slide 4 - Drag question
Welke eigenschap van het celmembraan is juist?
A
Alle stoffen kunnen het celmembraan passeren
B
Geen enkele stof kan het celmembraan passeren
C
Sommige stoffen kunnen het celmembraan passeren
D
Alleen water kan het celmembraan passeren
Slide 5 - Quiz
Slide 6 - Slide
Slide 7 - Slide
Diffusie
Slide 8 - Slide
Slide 9 - Video
Diffusie in de cel
Slide 10 - Slide
Slide 11 - Video
Voorwaarde voor diffusie:
Diffusiesnelheid is afhankelijk van:
Overal dezelfde druk
( belangrijk wanneer men met gassen werkt).
Er moet een concentratieverschil zijn.
Er is geen of een permeabele wand aanwezig.
Diffusieoppervlak
Diffusieafstand
Concentratie- of drukverschil
Temperatuur
Medium
Slide 12 - Slide
Dit kost geen energie = passief transport
Diffusie
opgeloste
stof
gaat van HOGE concentratie naar LAGE concentratie
Osmose
Oplossing
gaat van LAGE concentratie naar HOGE concentratie opgeloste stof
Slide 13 - Slide
Osmose in de cel
Slide 14 - Slide
Dierlijke cel : geen celwand
hypotone oplossing
hypertone oplossing
isotone oplossing
Slide 15 - Slide
Plantaardige cel: celwand
Planten, schimmels en bacteriën hebben een celwand.
Een celwand is permeabel = alle stoffen kunnen er makkelijk doorheen.
Slide 16 - Slide
Slide 17 - Video
Celwand maakt turgor en plasmolyse mogelijk
Slide 18 - Slide
Osmose: (A) beweegt altijd naar de plek met de (B) opgeloste stoffen.
A
A: water B: meest
B
A: water B: minste
C
A: opgeloste stoffen B: meeste
D
A: opgeloste stoffen B: minste
Slide 19 - Quiz
Water moleculen (blauw) bewegen naar links door:
A
diffusie, actief transport
B
diffusie, passief transport
C
osmose, actief transport
D
osmose, passief transport
Slide 20 - Quiz
Bij osmose gaat het water transport in de richting van de ... concentratie zoutdeeltjes
A
Hoogste
B
Laagste
Slide 21 - Quiz
Als transport door het celmembraan energie kost, dan heet dit
A
Passief transport
B
Agressief transport
C
Actief transport
D
Diffusie
Slide 22 - Quiz
Welke uitspraak over passief transport is waar?
A
Passief transport kost geen energie. Dit gaat van een hoge naar een lage concentratie.
B
Passief transport kost geen energie. Dit gaat van een lage naar een hoge concentratie.
C
Passief transport kost energie. Dit gaat van een hoge naar een lage concentratie.
D
Passief transport kost energie. Dit gaat van een lage naar een hoge concentratie.
Slide 23 - Quiz
Verplaatsing van zoutmoleculen van een hoge concentratie naar een lage concentratie is een vorm van
A
Osmose
B
Diffusie
C
Actief transport
D
Fagocytose
Slide 24 - Quiz
Verplaatsing van water over een membraan van een lage osmotische waarde naar een hoge osmotische waarde
A
Diffusie
B
Osmose
C
Actief transport
D
Kan niet
Slide 25 - Quiz
Niet waar
Waar
Transport door blaasjes kunnen zowel van binnen de cel naar buiten worden gebracht als andersom.
Bij actief transport worden stoffen van een hoge naar een lage concentratie verplaatst.
Bij passief transport is geen energie nodig en bij actief transport wel.
Transporteiwitten kunnen alleen voor actief transport gebruikt worden.
Passief transport vindt plaats door diffusie, osmose en transporteiwitten.
Osmose vindt plaats als sommige moleculen de semipermeabele wand wel kunnen passeren en andere niet, waardoor er een verschil in waterniveau ontstaat.
Diffusie vindt alleen plaats door een semipermeabele wand.
Slide 26 - Drag question
Slide 27 - Slide
More lessons like this
herhalen 4Vth1
August 2021
- Lesson with
18 slides
Biologie
Middelbare school
vwo
Leerjaar 4
3.3 diffusie en osmose klassikaal/ll
October 2023
- Lesson with
27 slides
Biologie
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
4V 2.3 Celmembranen en transport
June 2022
- Lesson with
29 slides
Biologie
Middelbare school
vwo
Leerjaar 4
4V 2.2 dl2 + 2.3 Celmembranen en transport dl1
May 2023
- Lesson with
31 slides
Biologie
Middelbare school
vwo
Leerjaar 4
5H Herhalen Osmose/Diffusie
June 2022
- Lesson with
20 slides
Biologie
Middelbare school
havo
Leerjaar 5
T1B5 transport door membranen
September 2023
- Lesson with
26 slides
Biologie
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
Havo 4 Nectar 3.3 Osmose extra
October 2024
- Lesson with
33 slides
Biologie
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
§2.3 celmembranen en transport
November 2017
- Lesson with
36 slides
Biologie
Middelbare school
vwo
Leerjaar 4