les 1: present continous vs present simple

Today's Lesson
Present Simple -  Present Continuous

1 / 32
next
Slide 1: Slide
EngelsMBOStudiejaar 1

This lesson contains 32 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Today's Lesson
Present Simple -  Present Continuous

Slide 1 - Slide

Learning Goal
At the end of this class you will know the difference between the present simple and present continuous, you will be able to recognise the tenses and use them in sentences.

There is also a writing assignment attached to this lesson.

Slide 2 - Slide

Wat weet je zelf nog over de Present Simple en Present Continuous?

Slide 3 - Mind map

 Present Simple(simpele teg.tijd)
Vorm: - Hele werkwoord
-Bij She/he/It -> shit regel: hele werkwoord + s
I walk
You walk
She/he/It walks
We/You/They walk
Signaalwoorden: 
always, never, often, sometimes, usually, every week/month/day

Slide 4 - Slide

When do we use it?
bij:
- feiten / waarheden                       She lives in Amsterdam
- gewoonten                                       He always* plays games at night
- regelmatige gebeurtenissen   The train leaves at 9 am every* morning
*kijk of je signaalwoorden ziet of gebruik ze zelf in zinnen*

Slide 5 - Slide

Present Continuous(de continu of aan de gang tijd)
Vorm: to "be" plus  werkwoord en-ing vorm 
bv. I am cursing right now
You are cursing
She/he/it is cursing
We/you /they are cursing
Signaalwoorden: 
Right now, at this moment, now, listen

Slide 6 - Slide

When do we use it?
bij:
- je bent op dit moment bezig met iets. Voorbeeld: Listen*, Sara is playing the guitar. (nu)
- je bent van plan om iets te doen. Voorbeeld: I am watching a film tonight. (plan)

*kijk of je signaalwoorden ziet of gebruik ze zelf in zinnen*

Slide 7 - Slide

Let's Practice!

Slide 8 - Slide

Present Continous or Present Simple

Every Monday, Sally ....... to work
timer
0:30
A
is driving
B
drives
C
drive

Slide 9 - Quiz

Every Monday, Sally drives to work

Every monday  is een signaalwoord dat aangeeft dat het een regelmatige gebeurtenis is.
daarom gebruiken we de Present Simple: 
werkwoord+s
drives

Slide 10 - Slide

ssssh! Be quiet! John ..........
timer
1:00
A
sleeps
B
is sleeping
C
sleep

Slide 11 - Quiz

ssssh! Be quiet! John is sleeping.

Iemand vertelt je dat je stil moet zijn. Dat betekent dat het op dit moment aan het gebeuren is ---> present continuous.
to be + werkwoord+ ing

Slide 12 - Slide

Don't forget to take your umbrella. it .........
timer
0:30
A
rain
B
rains
C
is raining

Slide 13 - Quiz

We often ...... to school together.
timer
0:30
A
are cycling
B
cycle
C
cycles

Slide 14 - Quiz

We often cycle to school together

Often is een signaalwoord voor de Present Simple. Het geeft een gewoonte aan.
Omdat er we staat gebruiken we de hele werkwoord

Slide 15 - Slide

She ........ at the moment
timer
0:30
A
is sleeping
B
sleeps
C
sleep

Slide 16 - Quiz

She is sleeping at the moment.
,
At the moment  is een signaalwoord dat geeft aan dat het gebeurt op dit moment. en dan gebruiken we de Present continuous --> to be+ werkwoord+ing

Slide 17 - Slide

Jim, never ...... on friday.
timer
0:30
A
work
B
is working
C
works

Slide 18 - Quiz

Jim never works on Friday
Never is een signaalwoord voor de Present Simple.
dus gebruiken we hier werkwoord+s (omdat er Jim staat, He/She/It)

Slide 19 - Slide

Usually, Dennis ........... us every Monday.
(visit)
timer
0:30

Slide 20 - Open question

Usually, Dennis visits us every Monday

Usually en every Monday zijn signaalwoorden voor de present simple, dus we gebruiken: werkwoord+ s

Slide 21 - Slide

I ............ my bike now. (repair)
timer
0:30

Slide 22 - Open question

I am repairing my bike now.
Now is een signaalwoord voor de Present Continuous.
dus gebruiken we: to be+ werkwoord+ ing

Slide 23 - Slide

We always .......... a game together.(play)
timer
0:30

Slide 24 - Open question

We always play a game together.

Always is een signaalwoord voor the Present Simple.
Dus gebruiken we hier het hele werkwoord (we).

Slide 25 - Slide

Begrijp je nu hoe je de Present Simple en de Present Continuous moet herkennen en gebruiken in een zin?
010

Slide 26 - Poll

Wat vondt je van deze les?
😒🙁😐🙂😃

Slide 27 - Poll

Tips & Tops?

Slide 28 - Open question

Test yourself!
https://play.kahoot.it/v2/?quizId=7dd95ab8-554b-4c29-b29e-6c716a7a5c25 

Slide 29 - Slide

Wat weet je nog over de Present Simple en Present Continuous van de vorige les?

Slide 30 - Mind map

Writing assignment
Your teacher will hand out the assignment.
You can typ it in a word document but you are not allowed to use Chat GPT. We will use Chat GPT later to check your written assignment, using the prompts that your teacher will give you.

Slide 31 - Slide

Chat GPT
Kopieer en plak je schrijfopdracht in ChatGPT
Gebruik daarna deze prompts:
- Controleer deze opdracht op spelfouten in het Engels
- Onderstreep uit de tekst de Engelse tegenwoordige tijden, de Present Simple en Present Continuous
- Controleer of deze onderstreepte tijden de Present Simple en Present Continuous correct zijn in het Engels uit de tekst.
- Controleer de opdracht op verdere Engelse grammaticale fouten.

Slide 32 - Slide