Zenden/winwin

Sociale vaardigheden
Zenden 
Winwin
1 / 12
next
Slide 1: Slide
Sociale vaardighedenVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 4

This lesson contains 12 slides, with text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Sociale vaardigheden
Zenden 
Winwin

Slide 1 - Slide

Lesdoel
Vandaag gaan we het hebben over communicatie waarbij zenden centraal staat. 

Slide 2 - Slide

Terugblik

Slide 3 - Slide

Werkvorm 
We gaan met elkaar in een kring staan. Ik heb hier een bal waarmee ik de opdracht straks start. Ik gooi de bal onderhands naar iemand. Iedereen krijgt de bal één keer. De bal gaat kriskras door de groep. de laatste persoon gooit de bal terug naar mij. Dan is de bal de hele groep door geweest. 

Je doet 4 dingen in deze opdracht:
1. Je gooit de bal onderhands naar iemand;
2. Je noemt de naam van die persoon;
3. Je steekt je hand op als teken, dat jij al aan de beurt bent geweest.;
4. Je onthoudt naar wie je e bal gegooid hebt. 

Slide 4 - Slide

Evaluatie 

Waar heb je op gelet tijdens de opdracht?
Welke informatie was belangrijk voor jou?


Slide 5 - Slide

Instructie 
Wat is communicatie? 

Bij communicatie heb je een zender en ontvanger nodig. 
Wie is de zender?
Wie is de ontvanger?

In de vorige opdracht was er één zender, de persoon met de bal. Er was geen afstemming tussen zender en ontvanger, waardoor de boodschap niet altijd over kan komen. 

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Video

Slide 8 - Video

Slide 9 - Video


Wat herken jij in de filmpjes van je gezin/situatie? 

Weet iemand wat onderhandelen is? 

Slide 10 - Slide

Onderhandelen vindt op verschillende manieren plaats. We gaan vandaag kijken naar win-win: streven naar winst voor beide partijen. 

W: staat voor dubbele V. Dubbele voorbereiding: 
1. Wat vind jij belangrijk? Waar hecht jij waarde aan?
2. Wat zou de ander belangrijk vinden? Waar hecht de ander waarde aan? 
 
I: Staat voor instemming na afstemming. 
Je hebt samen met de ander vastgesteld waarover jullie onderhandelen. Je hebt dan instemming over de wederzijdse belangen. 

N: Staat voor non-stop luisteren. 
Loskomen van 'Ja, maar..' Je luistert zonder te oordelen. Je neemt de informatie in je op, zonder storende reacties, ook al ben je het niet met de ander eens. Dit vraagt geduld en misschien iets doen wat je niet gewend bent. 

Slide 11 - Slide

W: Staat voor wikken en wegen. 
Daarbij  is sprake van min-confrontatie: waar ben je het niet mee eens? En plus-confrontatie: waar ben je het wel mee eens?

I: Staat voor inventieve oplossingen bedenken met elkaar. 
Ga op zoek naar oplossingen die voor beide partijen zullen werken. Vragen die hierbij passen zijn: wat zou jij ervan vinden om...? Wat zou je ervan denken, als we...?

N: Staat voor wikken en wegen. 
Ga op zoek naar oplossingen die voor beide partijen zullen werken. Je sluit af met heldere afspraken. 

Heeft er iemand een onderhandeling die hij/zij met ons wil delen? 

Slide 12 - Slide