Periode 3.2: persoonsvorm, werkwoordelijke gezegde en onderwerp
Nederlands Periode 3
Grammatica
Zinsontleding
1 / 19
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1
This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
Nederlands Periode 3
Grammatica
Zinsontleding
Slide 1 - Slide
Aan het einde van deze periode kun je
Een zin in zinsdelen verdelen
De zinsdelen uit een zin benoemen
Een bouwplan zinsontleding invullen
Slide 2 - Slide
Aan het einde van deze les kun je
De persoonsvorm in een zin benoemen
Het werkwoordelijk gezegde in een zin benoemen
Het onderwerp in een zin benoemen
Slide 3 - Slide
Slide 4 - Slide
Slide 5 - Slide
Een werkwoordelijk gezegde kan uit één of uit meer werkwoorden bestaan.
A
Ja
B
Nee
Slide 6 - Quiz
Wat is in de volgende zin het ww gezegde?
1. Waarom huilen mensen eigenlijk?
Slide 7 - Open question
Wat is in de volgende zin het ww gez?
2. Gisteren heb ik hier een goed boek over gelezen.
Slide 8 - Open question
Wat is in de volgende zin het ww gezegde?
3. Tranen hebben belangrijke functies.
Slide 9 - Open question
Wat is in de volgende zin het ww gezegde? 4. Bij huidtransplantaties kunnen stukjes huid van andere plekken worden gebruikt.
Slide 10 - Open question
Wat is in de volgende zin het ww gezegde? 5. Soms nemen spionnen gesprekken met een opnameapparaat op.
Slide 11 - Open question
Wat valt je op aan de ww gezegdes van zin 2 en 5?
2. Gisteren heb ik hier een goed boek over gelezen.
5. Soms nemen spionnen gesprekken met een
opnameapparaat op.
Slide 12 - Slide
Slide 13 - Slide
Schrijf het onderwerp van de volgende zin op.
1. In 1895 werd de eerste filmproductie vertoond in Berlijn.
Slide 14 - Open question
Schrijf het onderwerp van de volgende zin op.
2. De zelfrijdende auto's van de toekomst zullen de meeste automobilisten veel rijplezier bezorgen.
Slide 15 - Open question
Schrijf het onderwerp van de volgende zin op.
3. In veel verhalen van bergbeklimmers wordt het grootste ijsplateau ter wereld uitgebreid beschreven.
Slide 16 - Open question
Schrijf het onderwerp van de volgende zin op 4. Vroeger waren de navigatiesystemen in de cockpit niet beschermd tegen de straling van mobiele telefoons.
Slide 17 - Open question
Schrijf het onderwerp van de volgende zin op. 5. Tegenwoordig mogen de passagiers in een vliegtuig hun smartphone in de vliegtuigmodus laten staan.
Slide 18 - Open question
Vragen? Stel ze. En anders...
Ga lekker aan het werk met opdrachten 6, 7 en 8 uit je werkboekje.