Hoofdstuk 5: werkwoord to be en rangtelwoorden

The verb 'to be' 
1 / 26
next
Slide 1: Slide
EngelsBasisschoolGroep 8

This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 15 min

Items in this lesson

The verb 'to be' 

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Video

They _______ very friendly.

Slide 3 - Open question

Slide 4 - Link

he is means?
A
zij is
B
hij is
C
wij zijn
D
jij bent

Slide 5 - Quiz

They're means
A
hij is
B
wij zijn
C
zij zijn
D
jullie zijn

Slide 6 - Quiz

Rangtelwoorden
1e = first = 1st
2e= second  = 2nd
3e= third = 3nd
4e=fourth = 4th
5e=fifth = 5th
6e=sixth = 6th

Slide 7 - Slide

first
A
1st
B
1nd

Slide 8 - Quiz

third
A
3rt
B
3rd
C
3st
D
3nd

Slide 9 - Quiz

sixth
A
6st
B
6th
C
6rd

Slide 10 - Quiz

Woorden blz 77
Oefenen


Maken: opdracht 10, 11, 13, 14, 15

Slide 11 - Slide

The verb 'to be' 
Weet je het nog?

Slide 12 - Slide

Leerdoel
Je leert woorden in het Engels die worden gebruikt in hotels en ziekenhuizen


Slide 13 - Slide

reception betekent

Slide 14 - Open question

lobby betekent?

Slide 15 - Open question

elevator betekent?

Slide 16 - Open question

room betekent?

Slide 17 - Open question

Pool
betekent?

Slide 18 - Open question

patient registration

Slide 19 - Open question

emergency

Slide 20 - Open question

materniy ward
A
spoedeisende hulp
B
kraamafdeling
C
intensive care
D
receptie

Slide 21 - Quiz

insensive care
A
receptie
B
spoedeisende hulp
C
kraamafdeling
D
cafetaria

Slide 22 - Quiz

Maken
Blz 77 t/m 81: opdracht 13 t/m 19

Slide 23 - Slide

Hoofdstuk 6
Aanwijzingen en instructies

Slide 24 - Slide

Leerdoel:
1. Herhaling woorden vorige week
2. Je leert 10 tot 20 nieuwe woorden die te maken hebben met 
instructies

Slide 25 - Slide

Maken
Hoofdstuk 6: 
opdracht 1, 2,3,4,5,6, 8, 9A, 10
Klaar? maak opdracht 7 en 9B

Slide 26 - Slide