Rangtelwoorden

Rangtelwoorden.
1 / 16
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolvmbo k, gLeerjaar 1

This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Rangtelwoorden.

Slide 1 - Slide

Today’s aim:
Ik kan een Engels getal in een rangtelwoord veranderen.

Slide 2 - Slide

Wat zijn rangtelwoorden?

Slide 3 - Open question

Functie van een rangtelwoord (ordinal)
Een rangtelwoord geeft de rang in bijvoorbeeld een 'lijst' aan.
Hij werd tweede in de race.
He became second in the race.

Slide 4 - Slide

Rangtelnummers (ordinal numbers)

Slide 5 - Slide

Uitspraak 'th'
De 'th' klank is een klank die wij niet in de Nederlandse taal kennen.

Een tip om deze klank uit te spreken:
- zet je tong tegen de onderkant van je voortanden aan laat je tong los terwijl je de 'd' probeert uit te spreken.

Slide 6 - Slide

Een rangtelwoord maak je (bijna !) altijd door er   
-th achter te zetten.
Voorbeeld:

Four  -  Fourth 
Five  -  Fifth 
Six  -   Sixth
 Seven  -  Seventh 

Slide 7 - Slide

Uitzonderingen:
First - Second - Third (en twenty-first, thirty-second, etc.).
five - fifth 
eight - eighth
nine - ninth
twelve - twelfth
twenty - twentieth
(thirty - thirtieth, forty -  fortieth enz..)

Slide 8 - Slide

In het kort
1e = first /1st.
2e = second/2nd
3e= third/ 3nd

maar ook tientallen met als tweede cijfer 1, 2 of 3 schrijf je zo.
21 = twenty-first / 21st

Slide 9 - Slide

in het kort
De andere rangtelwoorden eindigen allemaal op -th.
four > fourth (vierde)
seventeen > seventeenth (zeventiende).

soms verandert de spelling van het rangtelwoord, zodra je hier +th achter zet.

Slide 10 - Slide

In het kort
Een aantal voorbeelden van wijzigingen in spelling:
five - fifth
eight - eighth
nine - ninth
twelve - twelfth

Slide 11 - Slide

In het kort
En denk aan de afgeronde tientallen zoals 20e, 30e en 40e enz.

20e > twentieth (voorheen 20 > twenty).
de 'y' van twenty verandert in 'ie' en dan + th.
30e > thirtieth
40e > fourtieth

Slide 12 - Slide

Vul in: zesde

Slide 13 - Open question

Which one is correct?

21e
A
21th
B
21e
C
21st
D
21nd

Slide 14 - Quiz

Which one is correct?

achtste
A
eighth
B
eightht
C
eightieth
D
eight

Slide 15 - Quiz

Vul in: 34e (uitschrijven).

Slide 16 - Open question