De woorden waarmee je een bwb zoekt: (waar, wanneer, waarheen, waarom, waardoor, hoe, enzovoort)
zinsdelen die nog overblijven, zijn bwb
-> let op: soms bevat een zin geen enkele bwb, soms één, soms meer dan één!
uitlegfilmpje:
Slide 4 - Slide
Slide 5 - Video
Wat zijn de stappen die je zet als je een zin gaat ontleden en in welke volgorde?
Slide 6 - Open question
Stappenplan zinsontleding
stap 1: pv
(stap 2: zinsdeelstreepjes)
stap 3: ow
stap 4: gezegde (ww/ng)
stap 5: lv
stap 6: mv
stap 7: bwb
Slide 7 - Slide
Even oefenen...
Slide 8 - Slide
Wat is de pv in de volgende zin:
'Frank heeft Marieke met Valentijnsdag een prachtige, rode roos gegeven.'
A
Frank
B
Marieke
C
heeft
D
heeft gegeven
Slide 9 - Quiz
Uit hoeveel zinsdelen bestaat de zin:
'Frank heeft Marieke met Valentijnsdag een prachtige, rode roos gegeven.'
A
4
B
5
C
6
D
7
Slide 10 - Quiz
Wat is ow in de volgende zin:
'Frank heeft Marieke met Valentijnsdag een prachtige, rode roos gegeven.'
A
Frank
B
Marieke
C
Valentijnsdag
D
roos
Slide 11 - Quiz
Wat is het gezegde in de zin: 'Frank heeft Marieke met Valentijnsdag een prachtige, rode roos gegeven.'
A
ng: Frank
B
wg: heeft gegeven
C
wg: heeft
D
ng: Frank heeft
Slide 12 - Quiz
Wat is het lv in de zin: 'Frank heeft Marieke met Valentijnsdag een prachtige, rode roos gegeven.'
A
Marieke
B
roos
C
een prachtige, rode roos
D
Valentijnsdag
Slide 13 - Quiz
Wat is het mv in de zin: 'Frank heeft Marieke met Valentijnsdag een prachtige, rode roos gegeven.'
A
Marieke
B
roos
C
met Valentijnsdag
D
Valentijnsdag
Slide 14 - Quiz
Wat is / zijn de bwb's in de zin: 'Frank heeft Marieke met Valentijnsdag een prachtige, rode roos gegeven.'
A
Marieke
B
roos
C
met Valentijnsdag
D
Valentijnsdag
Slide 15 - Quiz
Tot slot: Hoeveel bwb's zitten er in de zin: 'Tegen elven sloegen tijdens de heftige storm vanwege springtij vijf schepen los en deze dreven de open zee op.'