Oefenen verbranding en ademhaling klas 2 BK MAX

Oefentoets
Verbranding en ademhaling
klas 2 BK MAX
1 / 23
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 2

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes and text slide.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Oefentoets
Verbranding en ademhaling
klas 2 BK MAX

Slide 1 - Slide

Waar of niet waar:
Bij verbranding ontstaat altijd koolstofdioxide (CO2).
A
Waar
B
Niet waar

Slide 2 - Quiz

Waar of niet waar:
Een mondademhaling is beter dan een neusademhaling.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 3 - Quiz

Wat moet er op plek 1?

A
Water
B
Zuurstof
C
Koolstofdioxide
D
Glucose

Slide 4 - Quiz

Wat moet er op plek 2?

A
Water
B
Zuurstof
C
Koolstofdioxide
D
Glucose

Slide 5 - Quiz

Wat is de functie van de trilharen in het neusslijmvlies?
A
Het tegenhouden van ziekteverwekkers
B
Het keuren van de lucht
C
Het verwarmen van de lucht
D
Het verplaatsen van slijm naar de keelholte

Slide 6 - Quiz

Waar of niet waar:
Voor verbranding is altijd een brandstof en zuurstof nodig.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 7 - Quiz

Waar of niet waar:
Het strottenklepje sluit de neusholte af als je slikt.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 8 - Quiz

Welke twee vormen van energie ontstaan bij de verbranding van hout?

Slide 9 - Open question

Ingeademde lucht bevat veel __1__ en weinig __2__
A
1:Koolstofdioxide 2: Zuurstof
B
1: Zuurstof 2: Koolstofdioxide

Slide 10 - Quiz

Wat gebeurd er in je lichaam bij inspanning
sneller
verhoogd
hoger
lager
Het kloppen van je hart
De snelheid van je ademhaling
hoeveelheid glucose in je bloed
hoeveelheid warmte in je lichaam

Slide 11 - Drag question

Welk gas wordt in de longblaasjes opgenomen in het bloed?
A
Zuurstof
B
Koolstofdioxide
C
Koolstofmonoxide
D
Stikstof

Slide 12 - Quiz

Welk gas gaat er in de longen van het bloed naar de longblaasjes?
A
Zuurstof
B
Koolstofdioxide
C
Koolstofmonoxide
D
Stikstof

Slide 13 - Quiz

Verbranding vindt plaats in ______
A
Spier cellen
B
Long cellen
C
Alle cellen

Slide 14 - Quiz

helder kalkwater is de indicator van koolstofdioxide.
Wat is een indicator?

Slide 15 - Open question

strottenhoofd
bronchiën
longblaasjes
keelholte
luchtpijp
neusholte
longen

Slide 16 - Drag question

neusharen
A
Vervoeren slijm door te trillen naar de keelholte
B
Houden in de neusholte grote stofdeeltjes tegen
C
Zijn overbodig

Slide 17 - Quiz

Bronchiën
Luchtpijp
Vertakkingen
bronchiën
Longblaasjes

Slide 18 - Drag question

Bloed dat "naar" de longblaasjes toestroomt is...
A
Zuurstofarm en koolstofdioxiderijk
B
Zuurstofrijk en koolstofdioxide-arm
C
Zuurstofarm en koolstofdioxide-arm
D
Zuurstofrijk en koolstofdioxiderijk

Slide 19 - Quiz

Roken kan een hartziekte veroorzaken.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 20 - Quiz

Welke schadelijke stof kun je door roken binnen krijgen?

Slide 21 - Open question

Wat is een gevolg aan het lichaam van de stof teer uit sigaretten?
A
je raakt verslaafd aan sigaretten
B
trilharen werken niet meer goed, je hoest veel meer
C
er wordt heel veel slijm gemaakt
D
er kan geen slijm meer worden gemaakt

Slide 22 - Quiz

Waarom is ventileren binnen zo belangrijk voor gezonde longen?

Slide 23 - Open question