rekenen breuken - stroken

Doel van de les
Ik kan breuken vergelijken met behulp van een strook.
1 / 10
next
Slide 1: Slide
RekenenBasisschoolGroep 6,7

This lesson contains 10 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Doel van de les
Ik kan breuken vergelijken met behulp van een strook.

Slide 1 - Slide

Wat ga je doen?
Vandaag ga je breuken met elkaar vergelijken aan de hand van een strook.

Hiernaast zie je een voorbeeld van een opgave.

Slide 2 - Slide

Wat betekent een breuk?


1/2 betekent 1 van de 2 vakjes.


Slide 3 - Slide

Wat betekent een breuk?


7/12 betekent 7 van de 12 vakjes.

Slide 4 - Slide

Wat betekent een breuk?


3/4 betekent 3 van de 4 vakjes. 

Slide 5 - Slide

Welke is het grootst?
Aan de stroken is te zien dat 7/12 groter is dan 1/2. 
 
Ook is te zien dat 3/4 groter is dan 7/12.

Slide 6 - Slide

Opdracht:
1. Teken 3 even lange stroken op papier en zet ze netjes onder elkaar. 
2. De eerste strook verdeel je in 2 vakjes; 
     de tweede strook verdeel je in 4 vakjes; 
     de derde strook verdeel je in 8 vakjes. 
3. Kleur nu de volgende breuken in: 1/2, 3/4 en 5/8.

Maak een foto van de ingevulde stroken en upload het in de volgende slide! 

Slide 7 - Slide

Upload hieronder de foto van de ingekleurde stroken.

Slide 8 - Open question

Welke breuk is het kleinste: 1/2, 3/4 of 5/8?

Slide 9 - Open question

Aan de slag!
Maak les 2 (week 4):
- som 0, 1 en 2
- 10 in de +
- 10 in het werkpakket

SUCCES!!

Slide 10 - Slide