eerste lessen H3

NEDERLANDS
I. Vlaar (ma-di-do-vr) ccm.vlaar@tabor.nl
decaan havo (-t) / vwo (-t)
1 / 29
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 29 slides, with text slides and 2 videos.

Items in this lesson

NEDERLANDS
I. Vlaar (ma-di-do-vr) ccm.vlaar@tabor.nl
decaan havo (-t) / vwo (-t)

Slide 1 - Slide

Jaarprogramma             3-havo
lezen/ tekstbegrip        fictie
woordenschat                grammatica
spelling                              formuleren
schrijven                            (participatie)

Slide 2 - Slide

Makkelijk/moeilijk?
Welke onderdelen van het vak Nederlands 
gaan je makkelijk af? Waarom?

Met welke onderdelen heb je meer moeite?
Waarom?


timer
2:00

Slide 3 - Slide

Regels telefoongebruik
Geen telefoon
- Begin van de les (in de tas/ telefoonzak)

Wel telefoon
- Na toestemming van docent
- laatste vijf minuten van de les


Slide 4 - Slide

Lezen in de klas
Neem zelf een leuk boek mee
- passend niveau
- eerste 10 minuten van de les
- na een toets 
Bespreek met je klasgenoot: Welk leuk boek heb jij voor het laatst gelezen? 

timer
2:00

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Link

Wat heb je daar nou aan?
Noteer in je schrift vijf redenen 
waarom lezen nuttig is.


Slide 7 - Slide

Slide 8 - Video

PROGRAMMA
- Lezen 
- Wat is jouw leesniveau?
- Fictie 

Slide 9 - Slide

timer
10:00

Slide 10 - Slide

Fictie blz. 198
Lees Tekst 1: De gelukvinder
Maak opdracht 2 in je schrift.

timer
15:00

Slide 11 - Slide

Opdracht 2
1  Ze bepalen zelf wat ze van iets vinden, laten zich niet leiden door wat iemand anders vindt.
2  bijvoorbeeld: wetenschappers, filosofen, schrijvers. In Nederland is er vrijheid van meningsuiting. Die geldt ook voor vrijdenkers.
3  Nee, Madar zegt dit omdat ze Hamayun wil geruststellen.
4  Er wordt gecontroleerd hoe lang Hamayuns haren zijn; de soldaten staan met kalasjnikovs bij de ingang van de gevangenis; een bewaker geeft Padar een klap op zijn arm.

Slide 12 - Slide

https://www.jeugdbibliotheek.nl

Slide 13 - Slide

Fictie blz. 199
Lees Tekst 2: De gelukvinder
Maak opdracht 3 in je schrift.

timer
10:00

Slide 14 - Slide

PROGRAMMA
- Lezen  
- Fictie
    - De gelukvinder opdracht. 2 en 3 nakijken
    - Samen lezen: Als de olifanten vechten

Slide 15 - Slide

timer
10:00

Slide 16 - Slide

ENGAGEMENT
Welk woorddeel (her)ken je?
Uit welke taal komt het woord vandaan?
Wat betekende het woord oorspronkelijk? (zie etymologiebank.nl)

Wat betekent dit woord in de context van boeken schrijven?

Slide 17 - Slide

Opdracht 2
1  Ze bepalen zelf wat ze van iets vinden, laten zich niet leiden door wat iemand anders vindt.
2  bijvoorbeeld: wetenschappers, filosofen, schrijvers. In Nederland is er vrijheid van meningsuiting. Die geldt ook voor vrijdenkers.
3  Nee, Madar zegt dit omdat ze Hamayun wil geruststellen.
4  Er wordt gecontroleerd hoe lang Hamayuns haren zijn; de soldaten staan met kalasjnikovs bij de ingang van de gevangenis; een bewaker geeft Padar een klap op zijn arm.

Slide 18 - Slide

Opdracht 3
1 eigen antwoord, bijvoorbeeld: Nee, want lang niet alle vluchtelingen die asiel aanvragen in Nederland mogen hier ook blijven.
2 De Taliban hebben Padar bedreigd en gemarteld. Zolang de Taliban aan het bewind zijn, is Padar zijn leven niet zeker. Voor hem en zijn gezin is er geen toekomst meer in Afghanistan.
3 Waarschijnlijk is Hamayun blij dat de Taliban hem en zijn familie niets kunnen doen. Aan de andere kant heeft hij wel alles wat hij kent (zijn huis, school, buurt, vrienden, familie) achter moeten laten.

Slide 19 - Slide

Opdracht 3
4  Padar wil weten wat er precies in het dossier staat en hij wil Hamayun laten weten dat hij op hem vertrouwt.
5  Eigen antwoord, bijvoorbeeld: Ja, want van een gelukzoeker weet je niet of hij het geluk ook echt vindt; uit de titel De gelukvinder blijkt dat Hamayun vastbesloten is om in Nederland het geluk te vinden.
6  Eigen antwoord, bijvoorbeeld: Ja, want Van de Vendel laat zien dat hij betrokken is bij de gevolgen van de terreur van de Taliban.
7 eigen antwoord

Slide 20 - Slide

Geëngageerde literatuur 
Zoals een schrijver ontroerd kan zijn door het gevoel van vreugde dat hij in zijn leven ervaart, zo kan hij ook geraakt worden door alles wat verdrietig is en mensen pijnlijk treft. Vanuit deze confrontatie met het verkeerde van onze wereld, kan een inwendige woede losbreken. Zo sterk soms, dat de gevestigde orde op papier wordt bevochten.
Zulke schrijvers zijn geëngageerd: ze voelen zich sterk betrokken bij wat er om hen heen in de samenleving gebeurt. Ze leggen hun vingers op de zere plekken van de maatschappij, vanuit het besef dat zachte heelmeesters stinkende wonden maken.
Maar geschreven teksten zijn er niet om maatschappelijke problemen op te lossen. De schrijver kan ze wel zichtbaar maken. En daaruit kunnen mensen inspiratie putten om zich aan wantoestanden te ontworstelen of om verder door te denken op problematieken die verbonden zijn aan onze cultuur of aan die van anderen. De geëngageerde schrijver wil bij de goede verstaander vooral een kritische houding tot stand brengen. Dat bereikt hij door de ene keer zeer doelgericht zijn commentaar te geven of zijn mening onder de aandacht te brengen, een andere keer door gewoon maar te beschrijven en de conclusies verder aan de lezer over te laten.

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Slide

Slide 26 - Video

PROGRAMMA
- Lezen  
- Fictie
    - Als de olifanten vechten
    - schrift inleveren met opdracht 1 t/m 5

Slide 27 - Slide

timer
8:00

Slide 28 - Slide

Als de olifanten vechten
Maak opdracht 4
Lees samen tekst 4 op blz. 204-205
Maak opdracht 5

Lever je schrift in met opdracht 2 t/m 5

Slide 29 - Slide