Literatuurgeschiedenis - van middeleeuwen tot en met zeventiende eeuw

Literatuurgeschiedenis
Middeleeuwen - paragrafen 1.1 t/m 1.3
1 / 13
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 13 slides, with text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Literatuurgeschiedenis
Middeleeuwen - paragrafen 1.1 t/m 1.3

Slide 1 - Slide

Informatie over de toets
Deze toets bestaat uit vragen over: 
- theorie;
- de verhalen en 
- toepassing. 

Van het eindcijfer wordt per taalfout afgetrokken: 0,1 punt per interpunctiefout; 0,2 punt voor alle spel- en formuleringsfouten. Maximale aftrek van het eindcijfer voor taalfouten: 1 punt. 

Slide 2 - Slide

Wat moet je precies weten?
- Alle behandelde verhalen (Karel ende Elegast, het lied van heer Halewein, Beatrijs en Reynaert de Vos)
- Laagland: cursus 8, paragraaf 1.1, 1.2, 1.3, 2.1, 3.1 (tot ‘In de Republiek’), 3.2, 3.3

Slide 3 - Slide

Start van de middeleeuwen
Het West-Romeinse Rijk is gevallen en er ontstaat een Machtsvacuüm en daarmee veel onrust. 
Maar dan komt Karel de Grote... 

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Video

1.1 De Nederlanden
Nog geen onafhankelijke eenheidsstaten. Men sprak van de Lage Landen oftewel de Nederlanden.
Mensen spreken Middelnederlands.

Slide 6 - Slide

De macht van de rooms-katholieke kerk
In de middeleeuwen breidde de christelijke kerk, toen nog alleen de rooms-katholieke kerk, zich enorm uit. Dat resulteerde in veel macht voor de rooms-katholieke geestelijkheid. 

Slide 7 - Slide

Geestelijke letterkunde
  • Exempelen (korte verhalen
     over goed en kwaad)
  • Heiligenlevens (beschrij-
     vingen van het leven van
     een heilige)
  • Marialegenden (verhalen
     waarin Maria haar
     getrouwen beloont of uit  gevaren redt) zoals Beatrijs.

Slide 8 - Slide

In 632 was de profeet Mohamed overleden. Hij verkondigde een nieuwe godsdienst: de islam. Als gevolg van de zich uitbreidende macht van de islamitische Arabieren, werd gereageerd met een reeks van kruistochten. 

Slide 9 - Slide

De feodale maatschappij

Slide 10 - Slide

Kenmerken middeleeuwen (maatschappij)
1. Feodale stelsel of leenstelsel​
2. Theocentrisch wereldbeeld/lijfspreuk: memento mori​
3. Ridderlijke beschaving​
4. Standenmaatschappij: eerste stand > geestelijke stand​
                                                      tweede stand > wereldlijke macht (adel)​

                                                      derde stand > gewone volk​ 
5. Individu was niet belangrijk. Het ging om de gemeenschap​
6. Eercultuur​
7. vertelcultuur​

Slide 11 - Slide

Hoofsheid - regels
  • correcte kleding
  • tafelmanieren
  • conversatie
  • wijze van vechten
  • omgang met anderen

Men moest elkaar hoofs bejegenen. 

Slide 12 - Slide

Voorbereiding toets
Leren paragrafen die zojuist behandeld zijn. 
Maken leeropdrachten A, blz. 60 verwerkingsboek Laagland (vragen 1 t/m 10)

Slide 13 - Slide