Aan het einde van deze les kun je de volgende vragen beantwoorden:
- Wat is het verschil tussen de ik-vorm en de stam?
- Hoe vervoeg je de persoonsvorm in de tegenwoordige tijd?
- Hoe vervoeg je de persoonsvorm in de verleden tijd?
- Hoe vervoeg je de voltooid deelwoorden?
- Hoe vervoeg je Engelse werkwoorden?
- Hoe vervoeg je werkwoorden tot bijvoeglijk naamwoorden?
- Hoe vervoeg je de gebiedende wijs?
- Je kunt de regels voor meervouden van woorden benoemen en gebruiken