Thema 2: BS2 Longventilatie

Vorige lessen

  1. Je kunt beschrijven hoe zuurstof en koolstofdioxide door het bloed worden getransporteerd.
  2. Je kunt bij insecten en vissen beschrijven hoe gaswisseling plaatsvindt en hoe zuurstof naar de cellen wordt vervoerd.
1 / 33
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 6

This lesson contains 33 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 90 min

Items in this lesson

Vorige lessen

  1. Je kunt beschrijven hoe zuurstof en koolstofdioxide door het bloed worden getransporteerd.
  2. Je kunt bij insecten en vissen beschrijven hoe gaswisseling plaatsvindt en hoe zuurstof naar de cellen wordt vervoerd.

Slide 1 - Slide

Hb + O2 > HbO2
Het bovenstaande proces veroorzaakt een .... PO2 concentratie in het bloed.
A
hoge
B
lage

Slide 2 - Quiz

De pO2 in de omgeving is 3 kPa. Bij welke
temperatuur is het meeste zuurstof gebonden
aan hemoglobine?
A
20
B
30
C
37
D
42

Slide 3 - Quiz

Hoeveel ml O2 is er vanuit het bloed beschikbaar voor het weefsel als pH=7,6 en pO2=6 kPa?
A
2,4 ml
B
12%
C
17,6 ml
D
88%

Slide 4 - Quiz

Wat is weefselvloeistof eigenlijk?
A
Hetzelfde als bloed
B
Hetzelfde als bloed, min de cellen en de grote eiwitten
C
Een soort vocht wat de cellen uitscheiden
D
Water

Slide 5 - Quiz

Bij osmose gaat het water transport in de richting van de ... concentratie zoutdeeltjes

A
Hoogste
B
Laagste

Slide 6 - Quiz

In de longen van Lance A is de pO2 100 mmHg en de pH 7,6. In de beenspier is de pO2 40 mmHg. In deze situatie gaan we er van uit dat in de spier de pH ook 7,6 is.
Het bloed vervoert bij 100 % verzadiging 200 ml O2 per liter bloed vervoert.

Hoeveel ml zuurstof wordt er in de beenspier per liter bloed afgegeven?
A
40 ml O2/liter bloed
B
48-50 ml O2/liter bloed
C
75 ml O2/liter bloed
D
Geen idee

Slide 7 - Quiz

Thema 3: Gaswisseling en Uitscheiding
Basisstof 2: Longventilatie

Slide 8 - Slide

Leerdoelen
  1. Je kunt uitleggen op welke wijze longventilatie tot stand komt.
  2. Je kunt beschrijven hoe het longvolume verandert tijdens ventilatiebewegingen.
  3. Je kunt beschrijven hoe de ademfrequentie wordt geregeld.

Slide 9 - Slide

longventilatie
Longventilatie zijn de bewegingen die  nodig zijn om lucht van binnen naar buiten te krijgen en andersom.

Bij iedere inademhaling wordt het zuurstofgehalte verhoogt en bij iedere uitademing wordt het koolstofdioxidegehalte verlaagd.

Het koolstofgehalte in het bloed zorgt voor een ademprikkel in de hersenstam.

Slide 10 - Slide

Borstademhaling
(ribademhaling)
Buikademhaling
(middenrifademhaling)

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Link

Slide 13 - Slide

Ademvolume
Het ademvolume is de hoeveelheid lucht die je uitademt in rust. Bij de inademing zijn er wel spieren betrokken. De uitademing gaat onder invloed van de zwaartekracht.
Binas 83B

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Het regelen van je ademhaling
De zintuigcellen(chemoreseptoren) meten de hoeveelheid CO

De zintuigcellen sturen impulsen naar het ademcentrum

Het ademcentrum stuurt impulsen naar de tussenrib- en middenrifspieren

Je ademhaling verandert

De zintuigcellen meten de hoeveelheid CO2

Slide 17 - Slide

Ademprikkel
Het ademcentrum reageert op prikkels van het lichaam 

Chemoreseptoren in halsslagaders en aorta reageren op:
Hogere CO2 concentratie bloed, 
verlaagde PH, 
zeer lage pO2
ademfrequentie en ademvolume moeten omhoog

Hormonen (zoals adrenaline) beinvloeden ook je ademcentrum.

Rekreceptoren meten de mate van rekking in de longen. Bij het afgeven van een impuls wordt de inademing geremd.

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

timer
1:00
binnenste tussenribspieren
geen
middenrif
buitenste tussenribspieren
buikspieren

Slide 20 - Drag question

Slide 21 - Slide

Wanneer is de druk tussen borstvlies en longvlies het hoogst?
A
Tijdens de inademing
B
Tijdens de uitademing

Slide 22 - Quiz

Slide 23 - Slide

diepe uitademing
diepe inademing
rustige uitademing
volume dat in longen achter blijft na diepe uitademing

Slide 24 - Drag question

Wanneer is het middenrif samengetrokken? (Twee antwoorden)

Slide 25 - Slide

Wanneer is het middenrif samengetrokken?
A
Tijdens P
B
Tijdens Q
C
Tijdens R
D
Tijdens S

Slide 26 - Quiz

Wanneer zijn de buikspieren samengetrokken?
(een antwoord)

Slide 27 - Slide

Wanneer zijn de buikspieren aangespannen?
A
Tijdens P
B
Tijdens Q
C
Tijdens R
D
Tijdens S

Slide 28 - Quiz

Wanneer zijn de binnenste tussenribspieren aangespannen? 
(een antwoord)

Slide 29 - Slide

Wanneer zijn de binnenste tussenribspieren aangespannen?
A
Tijdens P
B
Tijdens Q
C
Tijdens R
D
Tijdens S

Slide 30 - Quiz

De druk tussen borstvlies en longvlies tijdens een inademing
A
blijft gelijk
B
wordt hoger
C
wordt lager

Slide 31 - Quiz

De druk tussen borstvlies en longvlies tijdens een uitademing
A
blijft gelijk
B
wordt hoger
C
wordt lager

Slide 32 - Quiz

Aan de slag
Maken: 16 t/m 22
timer
5:00

Slide 33 - Slide