2223 Woordenschat les 3

• Nederlands
• Hoger onderwijs

Welke woorden kan je maken met:
taal / cursus / dag

Welke achtervoegsels ken je? (+ voorbeeld)

Welk soort woord is vaktaal?

1. een samenstelling
2. een afleiding

Welk soort woord is amoreel?

1. een samenstelling
2. een afleiding

Welk soort woord is vaardigheid?

1. een samenstelling
2. een afleiding

Welk soort woord is apenstaart?

1. een samenstelling
2. een afleiding

welke voorvoegsels ken je? (+ voorbeeld)

                                                                               met de HAND-OUT

                                                                      oefening 1, 2 & 3

Ik ben verdikt, ik moet zoals dat heet, daar iets ..... doen.

Ik moet dus ..... dieet.

Dat is dus juist iets waar ik .... ben.

Welke soort woorden vulde je telkens in?

1. lidwoorden
2. zelfstandige naamwoorden
3. werkwoorden
4. voorzetsels

Er zijn 2 verschillende soorten voorzetsels. Weet jij welke?

De orchidee in die elegante bloempot staat ... de glazen tafel.

1. op
2. onder
3. voor
4. naast

Nog ... zijn studie werkte hij in een sterrenrestaurant.

1. tijdens
2. onder
3. na
4. voor

Jeroen Meus houdt ... koken.

1. in
2. voor
3. van
4. achter

Hij begint ... een nieuw hoofdstuk van zijn leven.

1. achter
2. aan
3. door
4. voor

Wat is je opgevallen aan de voorgaande zinnen?

'gewone' voorzetsels

vaste voorzetsels

Geven aan waar zaken zich ten opzichte van elkaar bevinden

Horen bij een werkwoord, onveranderlijke combinatie

Even oefenen: vaste voorzetsel

vaste voorzetsels

Vul het correcte vaste voorzetsel in.

Mijn broertje was erg trots ... zijn zelfgebakken taart.

Vul het correcte vaste voorzetsel in.

De secretaris herinnert zijn baas ... zijn afspraak.

Vul het correcte vaste voorzetsel in.

De studente verdiepte zich ... haar cursus anatomie.

Vul het correcte vaste voorzetsel in.

Het menu bestaat ... drie gangen.

Vul het correcte vaste voorzetsel in.

Na de maaltijd geniet opa ... een heerlijk ijsje.

Vul het correcte vaste voorzetsel in.

Ik denk na ... een boeiend thema voor mijn spreekbeurt.

Vul het correcte vaste voorzetsel in.

Waarom kun je je zo moeilijk ... de afspraken houden?

Vul het correcte vaste voorzetsel in.

Gisteren waarschuwde de weerman ... hevig onweer in de Ardennen.

Vul het correcte vaste voorzetsel in.

Straks zul je stomverbaasd zijn ... mijn kookkunsten.

Vul het correcte vaste voorzetsel in.

Na een weekje kamperen verlangen we ... ons eigen bed.

                                                                               met de HAND-OUT

                                                                       oefening 4 & 5