Engels schrijven les 4

Engels 
Schrijven les 4
1 / 36
next
Slide 1: Slide
EngelsVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 1Leerroute 2

This lesson contains 36 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Engels 
Schrijven les 4

Slide 1 - Slide

Wat is belangrijk bij het schrijven / sturen van een berichtje?

Noem 3 dingen.

Slide 2 - Open question

Waarom is het belangrijk dat je het onderwerp van een email of een bericht kort houdt?

Slide 3 - Open question

Hallo
Hoi
Lieve
Beste
Hi
My dear
Dear
Hello

Slide 4 - Drag question

Handige zinnen voor het schrijven van een bericht / email
My name is ...... - Mijn naam is .....
I am from the Netherlands. - Ik kom uit Nederland.
I am ..... years old. - Ik ben .... jaar.
I live in ..... - Ik woon in .....
What is your name? - Hoe heet jij?
How old are you? - Hoe oud ben jij?
Where do you live? - Waar woon jij?
Write soon back. - Schrijf snel terug.

Slide 5 - Slide

Maak de volgende opdrachten
Vertaal de zinnen naar het Nederlands.

Schrijf hele zinnen op.

Slide 6 - Slide

Hi,

Slide 7 - Open question

My name is Katy.

Slide 8 - Open question

I am from England.

Slide 9 - Open question

I live in Londen.

Slide 10 - Open question

What is your name?

Slide 11 - Open question

How old are you?

Slide 12 - Open question

Where do you live?

Slide 13 - Open question

Write back soon.

Slide 14 - Open question

All the best, Katy Smith.

Slide 15 - Open question

Maak de volgende opdrachten
Je gaat een email terug schrijven aan Katy. 
Vertaal de zinnen naar het Engels.

Schrijf hele zinnen.

Slide 16 - Slide

Bedankt voor de email.

Slide 17 - Open question

Mijn naam is .....

Slide 18 - Open question

Ik kom uit Nederland.

Slide 19 - Open question

Ik woon in .......

Slide 20 - Open question

Ik ben ..... jaar.

Slide 21 - Open question

Write soon back.
Tare care
Best wishes,
All the best, 
Lots of love, 
Hartelijke groeten,
Liefs, 
Groeten, 
Schrijf me snel terug.
Sterkte

Slide 22 - Drag question

januari
A
March
B
May
C
January
D
October

Slide 23 - Quiz

februari
A
July
B
June
C
August
D
February

Slide 24 - Quiz

maart
A
March
B
December
C
November
D
June

Slide 25 - Quiz

april
A
March
B
May
C
April
D
September

Slide 26 - Quiz

mei
A
April
B
October
C
May
D
June

Slide 27 - Quiz

juni
A
March
B
April
C
July
D
June

Slide 28 - Quiz

juli
A
July
B
June
C
May
D
August

Slide 29 - Quiz

augustus
A
July
B
June
C
August
D
September

Slide 30 - Quiz

september
A
October
B
August
C
December
D
September

Slide 31 - Quiz

oktober
A
October
B
September
C
November
D
December

Slide 32 - Quiz

november
A
June
B
January
C
August
D
November

Slide 33 - Quiz

december
A
November
B
October
C
December
D
September

Slide 34 - Quiz

Maak de volgende sleepvraag
Sleep de goede maand naar de afbeelding.

Slide 35 - Slide

December
July
February
September
March

Slide 36 - Drag question