Basisstof 2: Bacteriën, virussen en schimmels

• Biologie
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 4

Thema 4: Evolutie

Basisstof 2: Bacteriën, virussen en schimmels

Wat gaan we doen?

• Herhaling
• Uitleg 
• Aan het werk! 

Op welke kenmerken letten wetenschappers als zij organismen indelen?

Welke van de volgende organismen zijn het meest verwant: Salvia officinalis; Borago officinalis; Salvia divinorum? Leg je antwoord uit.

Leerdoelen

Aan het eind van deze les kan ik:

• Kenmerken van bacteriën noemen;
• Kenmerken van virussen noemen;
• Kenmerken van schimmels noemen.

Bacteriën

• Eencelligen zonder celkern of interne membranen
• Erfelijk materiaal bestaat uit 1 kringvormig chromosoom
• Op deze plasmiden bevinden zich genen die resistentie kunnen veroorzaken tegen bepaalde gifstoffen.
• Het DNA van bacteriën is makkelijk bereikbaar voor enzymen. 

Bacteriën

• Bacteriën kunnen nuttig of schadelijk zijn.
• Nuttig: productie van voedsel/medicijnen/helpen bij spijsvertering in de darmen
• Schadelijk: veroorzaken van ziekten
• Bacteriën planten zich voort door deling.

Virussen

• Een virus is geen organisme, ze worden niet gezien als levend.
• Een virus is een stuk erfelijk materiaal met eiwitten eromheen.
• Virussen hebben een gastheer nodig voor de voortplanting.
• Hierdoor kan de gastheer ziek worden.

Schimmels

• Schimmels hebben geen chlorofyl (bladgroen) en zijn heterotroof.
• Schimmels zijn belangrijk voor de afbraak van organische stoffen in de natuur.
• Meercellige schimmels bestaan meestal uit lange schimmeldraden. 

Schimmels

• Schimmels kunnen nuttig of schadelijk zijn, net als bacteriën.
• Nuttig: productie van voedsel
• Schadelijk: veroorzaken van ziekten
• Schimmels planten zich voort door sporen of paddenstoelen.

Aan het werk!

Wat: Basisstof 1 en 2 van thema 4

Hoe: Met je buur (fluisteren) of alleen

Tijd: Deze les

Hulp: Kijk in je boek/vraag je buur/steek je vinger op

Klaar: Nakijken en verbeteren

Uitkomst: Basisstof 1 en 2 van thema 4 zijn af