Paragraaf 2.3 Oplossen met de balansmethode deel 2
lesinhoud
Vorige keer zijn we aan de slag gegaan met oplossen met inklemmen (schatten). We gaan een voorbeeld aanhalen en sprong maken naar de balansmethode.
Zijn er vragen over huiswerk of inklemmen?
Oplossen met de balansmethode
Huiswerk volgende les
1 / 19
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2
This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.
Items in this lesson
lesinhoud
Vorige keer zijn we aan de slag gegaan met oplossen met inklemmen (schatten). We gaan een voorbeeld aanhalen en sprong maken naar de balansmethode.
Zijn er vragen over huiswerk of inklemmen?
Oplossen met de balansmethode
Huiswerk volgende les
Slide 1 - Slide
Lesdoel
Aan het eind van de les kun je een vergelijking oplossen m.b.v. de balansmethode. Dit is net als bij inklemmen, het oplossen van een vergelijking.
Je krijgt dus een formule en een onbekende variabele. Deze variabele kan je dan oplossen.
Slide 2 - Slide
Slide 3 - Video
Slide 4 - Video
Stappenplan
Slide 5 - Slide
Los de volgende vergelijking op: 8b + 12 = 28.....b=
Slide 6 - Open question
Los de onderstaande vergelijking op met de balansmethode: 15x - 4 = 41. (Let op: het is nu een minteken). X =
Slide 7 - Open question
Los de onderstaande vergelijking op met de balansmethode: 8b + 17 = 33. ..... b=
Slide 8 - Open question
OPLOSSEN MET DE BALANSMETHODE! 2k+3=12 k=....
Slide 9 - Open question
Los op met behulp van de balansmethode 4p + 2 = 38 p =
Slide 10 - Open question
Los op met behulp van de balansmethode 5x + 25 = 75 x =
Slide 11 - Open question
Los op met behulp van de balansmethode 6b + 12 = 84 b =
Slide 12 - Open question
Los op met behulp van de balansmethode 9y + 9 = 90 y =
Slide 13 - Open question
Los de volgende vergelijking op. Schrijf de tussenstappen onder elkaar: 11b + 8 = 8 b = Maak een foto en load het hieronder op
Slide 14 - Open question
Los de volgende vergelijking op. Schrijf de tussenstappen onder elkaar: 6x + 24 = 48 x = Maak een foto en load het hieronder op
Slide 15 - Open question
Opgave 45a blz 92 Bij slagerij Haasje krijg je bij elke € 10 een spaarzegel. De advertentie van de messen- set hangt hiernaast. Welke vergelijking hoort hierbij?
A
300z + 20 = 95
B
300 + 20z = 95
C
95z + 20 = 300
D
300z + 95 = 20
Slide 16 - Quiz
Opgave 45b blz 92 De vergelijking van het messenset is opgave 45a opgesteld. Los deze vergelijking nu op. Z = .... NB: De uitkomst is de waarde van één spaarzegel
Slide 17 - Open question
Opgave 46a blz 92 Daan laat posters afdrukken. Hij berekent het bedrag dat hij moet betalen met de formule: p = aantal posters. Daan betaalt € 38. De vergelijking wordt dus Los de vergelijking op met de balansmethode.
A
9,5
B
8
C
9
D
7
Slide 18 - Quiz
Opgave 46b blz 92 Hiervoor is de vergelijking opgelost. Hoeveel posters laat Daan dus afdrukken?