Herhaling + bs 5 (celkern)

Je komt op tijd in de les
Iedereen zit volgens de plattegrond
Telefoon op stil/uit en in je tas
Op tafel: laptop (dicht) + agenda
Iedereen is stil en richt zijn aandacht op de docent

stopwatch

00:00

1 / 17

Slide 1: Slide

biologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

This lesson contains 17 slides, with text slides.

Lesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Je komt op tijd in de les
Iedereen zit volgens de plattegrond
Telefoon op stil/uit en in je tas
Op tafel: laptop (dicht) + agenda
Iedereen is stil en richt zijn aandacht op de docent

stopwatch

00:00

Slide 1 - Slide

- Huiswerk & studiewijzer

- Herhaling

- Bs 5

Slide 2 - Slide

Agenda's

Donderdag 10 december:

Huiswerk bs 5 & 6 af (en 3 +4!!)

(studiewijzer)

Maandag 14 december

Repetitie thema 2 bs 1-6

Slide 3 - Slide

Van organisme tot cel

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

cellen

Cellen zijn de bouwstenen van organismen. Je lichaam bestaat uit verschillende typen cellen,

zenuwcel
bindweefselcel
huidcel
spiercel

Slide 6 - Slide

Onderdelen plantaardige/dierlijke cel

Slide 7 - Slide

Organellen

Slide 8 - Slide

Celkern

Slide 9 - Slide

Leerdoelen basisstof 5:

Ik kan uitleggen wat er in de celkernen van lichaamscellen zit
Ik kan de bouw van DNA uitleggen met hulp van de volgende termen: Basen, Basenpaar, A,C,T,G
Ik kan uitleggen wat de functie van DNA is

Slide 10 - Slide

Chromosomen

In de kern van een lichaamscel liggen 46 draadjes, de chromosomen.

Vlak voor de cel gaat delen, zijn deze zichtbaar onder een microscoop.

Er zijn steeds twee chromosomen die op elkaar lijken.

Een mens heeft 23 paar chromosomen

Slide 11 - Slide

Chromosomen

23 kreeg je van je moeder

23 kreeg je van je vader

Chromosomen bestaan o.a. uit een stof: DNA

Slide 12 - Slide

Wat is DNA?

Een 'streepjescode' voor alle erfelijke eigenschappen, bijv.

- oogkleur

- lengte

- krullen

maar ook:

- muzikaal

- sportief

Slide 13 - Slide

DNA 'wenteltrap'

Je DNA ziet er uit als een wenteltrap.

Elke trede bestaat uit een basenpaar.

Er zijn 4 basen: A, T, G, C

De volgorde van de 'traptreden' = een code voor informatie.

A-T-T-A-C-G-A-T bijvoorbeeld, vormt een gen

basenparen:

A-T T-A

G-C C-G

Slide 14 - Slide

Genen

Een gen is een stukje DNA

voor een erfelijke eigenschap.

Een gen kan 'aan' of ' uit' staan.

Slide 15 - Slide

Kun je het plaatje uitleggen?

Slide 16 - Slide

Huiswerk bs 3/4 nog niet af?

Op het domein verder werken.

LessonUp voor extra uitleg (staat in teams chat 15 nov)

Bs 3: 6, 7, 8

Bs 4: 5 (in je boek), 6, 8

Starten met bs 5?

In het lokaal werken.

Bs 5: 1,2,3,4,7,8

Bs 6: lezen en maken 1,2,3,4,6,7,

Slide 17 - Slide