Geef aan welke uitspraak uitsluitend een concrete waarneming is, en licht je antwoord toe:
• Theo is een agressieve kerel.
• Jenny ging maandag een uur met lunchpauze.
• Herman was onzeker tijdens zijn presentatie.
• Mijn zoontje vindt die film heel saai.
• Ans vroeg niet naar mijn mening tijdens de vergadering.