Communicatie - waarnemen en interpreteren les 1 en 2

Waarnemen en interpreteren

Les 2
1 / 21
next
Slide 1: Slide
CommunicatieMBOStudiejaar 1

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Waarnemen en interpreteren

Les 2

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Leerdoelen les 1 en 2
1. Je kan in eigen woorden het verschil uit leggen tussen interpreteren en waarnemen.
2. Je kan uitleggen waarom niet iedereen op dezelfde manier betekenis geeft aan een waarneming.
3. Je kan benoemen waarom het belangrijk is voor je werk om goed te kunnen waarnemen

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Afronding
1. In de lessen gaan jullie met lesopdrachten aan de slag. De uitwerking van deze opdrachten worden in één bestand opgeslagen en als dat van toepassing is aangevuld en ingeleverd.
2. Jullie gaan een mindmap maken, waarin de verschillende begrippen van deze lessenserie aan bod komen en de verbanden tussen deze begrippen duidelijk worden. Je ondersteunt dat met plaatjes associaties en eigen voorbeelden.


Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Pen en papier of laptop bij de hand?

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Wat zie je? Schrijf op
timer
2:00

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Wat zag je allemaal?

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Bij vorige foto
- zet een streep onder de woorden die feitelijk zijn;
- zet een cirkel rond je interpretaties

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

interpretatie

Slide 8 - Mind map

Hoe weet je dat iemand pijn heeft?
Algemene Definities
Een waarneming is iets wat een camera kan opnemen of een microfoon kan registreren (feitelijk).
Maar hoe feitelijk is dat eigenlijk?

Een interpretatie is een persoonlijk, beredeneerd oordeel van die waarneming. (wikipedia)

Slide 9 - Slide

Denk aan de kleur van de jurk.

Er zijn bomen die de één heerlijk vind ruiken, terwijl de ander denkt, het stinkt hier naar kattenpis.
Waarnemingsproces
Het waarnemingsproces is het proces waarbij er informatie bij je binnenkomt en je betekenis geeft aan deze informatie.

Interpreteren is het geven van betekenis aan je waarneming.

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Betekenis geven aan je waarneming
Prikkels komen binnen via de zintuigen. Ons brein zet de prikkel om in informatie. (Bijvoorbeeld een rode bal) Een tot informatie verwerkte prikkel is een ervaring.

Ervaringen krijgen betekenis als ze worden geïnterpreteerd, door dat ze gekoppeld worden  aan eerdere opgeslagen ervaringen en emoties van dat moment en zorgen voor kleur aan hoe je iets beleeft. 
(misschien heb je onlangs een bal tegen je hoofd gekregen, of heb je juist net zin om een beetje in beweging te komen.) 

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Interpretatie
Als je aan waarneming een waarde-oordeel toekent, noem je dat interpretatie. Onze interpretatie wordt o.a. beïnvloed door:
• Het gedrag van die ander in eerdere situaties;
• Onze sympathie of antipathie voor die persoon;
• Hoe wij zelf op dat moment in ons vel zitten;
• Ons referentiekader (=geheel van opvattingen, normen en waarden + onze ervaringswereld).

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Waarnemen van gedrag
1. Wat iemand zegt (=verbale communicatie) ;
2. Hoe iemand iets zegt (=intonatie);
3. De gezichtsuitdrukking daarbij (=mimiek);
4. De lichaamshouding (2 t/m 4 = non-verbale communicatie).

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Lesopdracht  1
Geef aan welke uitspraak uitsluitend een concrete waarneming is, en licht je antwoord toe:
• Theo is een agressieve kerel.
• Jenny ging maandag een uur met lunchpauze.
• Herman was onzeker tijdens zijn presentatie.
• Mijn zoontje vindt die film heel saai.
• Ans vroeg niet naar mijn mening tijdens de vergadering.





Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Slide 15 - Video

This item has no instructions

Lesopdracht 2
Beschrijf één korte situatie die deze week hebt meegemaakt. Beschrijf deze situatie enkel en alleen vanuit wat je hebt waargenomen (dus wat je hebt gezien, geroken, geproefd, …). Probeer elke interpretatie uit je verhaal weg te laten.
Bespreek deze oefening met een medestudent.

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Lesopdracht 3
Voeg je eigen interpretatie toe aan de in oefening 2 beschreven situatie. Beschrijf het verschil.

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Lesopdracht 4
 - Schrijf in je eigen woorden op wat 'waarnemen' betekent.
- Schrijf in je eigen woorden  op wat 'interpreteren' betekent.
Leg uit waarom niet iedereen op dezelfde manier betekenis geeft aan een waarneming.
- Wat kunnen de gevolgen zijn voor een  begeleider in de zorg als jij voornamelijk interpreteert. (bij deze vraag mag je overleggen in tweetallen)

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Wat is het verschil tussen waarnemen en observeren?

Slide 19 - Open question

This item has no instructions

Waarnemen
Onbewust
Niet doelgericht
Onsystematisch
Doorlopend proces

Observeren
Bewust
Doelgericht
Systematisch
Van persoon/gebeurtenis

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Lesopdracht 5
Noteer wat je de gedurende 3 minuten waarneemt vanaf de plek waar je nu zit.
Vergelijk het met wat je buurvrouw heeft waargenomen. 
Wat zou je anders aanpakken als je moest observeren?

Slide 21 - Slide

This item has no instructions