Taal Thema 8

Thema 8 
Zelfstandige naamwoorden

Bijvoeglijke naamwoorden

Persoonsvorm & onderwerp

Dubbelop! 
1 / 17
next
Slide 1: Slide
TaalBasisschoolGroep 6

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes and text slide.

Items in this lesson

Thema 8 
Zelfstandige naamwoorden

Bijvoeglijke naamwoorden

Persoonsvorm & onderwerp

Dubbelop! 

Slide 1 - Slide

Wat is een zelfstandig naamwoord?

Slide 2 - Mind map

Wat is het zelfstandig naamwoord in de zin:
'Ik ga op de fiets naar school'
A
Ik
B
school
C
fiets
D
de

Slide 3 - Quiz

Welk woord kan je ook in het meervoud schrijven?
potlood, melk of sneeuw

Slide 4 - Open question

Welke woorden hebben geen enkelvoud?
A
Ondergoed
B
Kleren
C
Onderbroeken
D
Vruchten

Slide 5 - Quiz

Wat is een bijvoeglijk naamwoord?

Slide 6 - Mind map

Is het 'de rood fiets' of 'de rode fiets'

Slide 7 - Open question

Wat komt er op de puntjes?
Maar hij heeft een .... motor. (sterk)

Slide 8 - Open question

Wat komt er op de puntjes?

Het is een .... horloge. (goud)

Slide 9 - Open question

Welke bijvoeglijke naamwoorden krijgen - en als uitgang?

Slide 10 - Open question

Hoe vind je de persoonsvorm?

Slide 11 - Open question

Hoe vind je het onderwerp in de zin?

Slide 12 - Open question

Twan / kreeg / een lot / voor / de loterij

Op welke plek staat de persoonsvorm?
A
1 (Twan)
B
2 (kreeg)
C
3 (een lot)
D
4 ( de loterij)

Slide 13 - Quiz

Op welke plek staat het onderwerp?

Twan / kreeg / een lot / voor / de loterij.
A
1 (Twan)
B
2 (kreeg)
C
3 (een lot)
D
4 (de loterij)

Slide 14 - Quiz

Wat is een dubbelop gebruikt bijvoeglijk naamwoord?

Slide 15 - Mind map

Welk bijvoeglijk naamwoord is dubbelop gebruikt?
Let op! Het zijn er twee!
A
een grote sprong
B
de groene grasmat
C
de witte sneeuw
D
het lieve meisje

Slide 16 - Quiz

Wat vonden jullie van deze manier van werken?
😒🙁😐🙂😃

Slide 17 - Poll