Maandag 12.45 uur: Formuleren 1.1 Zinsbouw

1 / 21
next
Slide 1: Slide
NederlandsMBOStudiejaar 2

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Wat staat er op de planning?

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Met welke woorden kun je twee losse zinnen aan elkaar plakken?

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Even oefenen
5 tellen per dia!

Slide 9 - Slide

Morgen is de winkel gesloten, omdat
A
het een nationale feestdag is.
B
het is een nationale feestdag.

Slide 10 - Quiz

Timo leidt de bezoekers rond in het museum en
A
en hij geeft s' middags een presentatie
B
en hij s' middags een presentatie geeft.

Slide 11 - Quiz

Gisteren was Erin niet aanwezig bij de werkbespreking, want
A
ze was ziek.
B
ze ziek was.

Slide 12 - Quiz

Je kunt vanmiddag ook naar de sportschool komen, als
A
je hebt geen zin om hard te lopen.
B
je geen zin hebt om hard te lopen.

Slide 13 - Quiz

Terwijl Gino de bestelling plaatst,
A
noteert de klant zijn adresgegevens en zijn telefoonnummer.
B
de klant noteert zijn adresgegevens en zijn telefoonnummer

Slide 14 - Quiz

Ik kwam te laat op mijn werk aan, ......
de trein had vertraging.
A
omdat
B
want
C
maar
D
als

Slide 15 - Quiz

......... mijn fiets gestolen was, moest ik een nieuwe kopen.
A
omdat
B
want
C
maar
D
als

Slide 16 - Quiz

Je kunt alleen deelnemen aan de excursie, ......... je je ingeschreven hebt via internet.

A
omdat
B
want
C
maar
D
als

Slide 17 - Quiz

Zal ik de uitnodigingen schrijven .....
kan ik beter een e-mail sturen?

A
omdat
B
of
C
terwijl
D
als

Slide 18 - Quiz


Rachel werkt graag met honden, ......
ze houdt helemaal niet van katten.

A
omdat
B
of
C
maar
D
als

Slide 19 - Quiz

Jamie controleert het oliepeil, ....
Dagmar de ruitenwisservloeistof bijvult.

A
omdat
B
want
C
terwijl
D
als

Slide 20 - Quiz

Aan de slag!

Slide 21 - Slide