3 vmbo-pm 3.6 en 3.7 geslachtelijke/ongeslachtelijke voortplanting en mutaties

3.6 Geslachtelijke en ongeslachtelijke voortplanting   

3.7 Mutaties
1 / 24
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 3

This lesson contains 24 slides, with text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

3.6 Geslachtelijke en ongeslachtelijke voortplanting   

3.7 Mutaties

Slide 1 - Slide

Wat gaan we vandaag doen?
leerdoelen vandaag

nieuwe theorie: 3.6 geslachtelijke voortplanting 
nieuwe theorie: 3.7 mutaties

herhalen leerdoelen

Slide 2 - Slide

Leerdoelen vandaag
Aan het einde van de les:
- kan je beschrijven wat geslachtelijke voortplanting is
- kan je beschrijven wat ongeslachtelijke voortplanting is
- kan je voorbeelden noemen van ongeslachtelijke voortplanting
- kan je beschrijven wat kunstmatige selectie en wat veredeling is
- kan je beschrijven wat een mutatie is
- kan je uitleggen hoe kanker ontstaat


Slide 3 - Slide

Geslachtelijke voortplanting
= het versmelten van twee willekeurige geslachtscellen met elkaar

er ontstaan organismen (nakomelingen) met telkens andere genotypen


Slide 4 - Slide

Ongeslachtelijke voortplanting
Een deel van een individu groeit uit tot een nieuw individu.

Bijvoorbeeld: stekken, knollen en weefselkweek

Groei vindt plaats door gewone celdeling (mitose), dus de dochtercellen hebben hetzelfde genotype als de moedercel.

Slide 5 - Slide

Stekken
Knollen

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Kunstmatige selectie
= van de nakomelingen worden alleen de individuen met de meest gunstige eigenschappen gebruikt voor verdere kruisingen


Slide 9 - Slide

Veredeling
Door kruisingen en kunstmatige selectie probeert men een combinatie van gunstige eigenschappen in één nakomeling te krijgen.


Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Opdracht maken
Opd 48 t/m 53, blz. 126
timer
1:00

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

3.7 mutaties
= een plotselinge verandering van het genotype

kan ik elke cel plaatsvinden (zowel lichaamscel als geslachtscel)
heeft meestal geen gevolgen

een individu van wie een gemuteerd gen in het fenotype tot uitdrukking komt, heet een mutant

Slide 14 - Slide

Mutant
Een individu waarbij een gemuteerd gen tot uiting komt in het fenotype.

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Mutaties
De invloed van een mutatie:
1. lichaamscel: enkel het genotype van de lichaamscel verandert; het genotype van de andere lichaamscellen verandert niet, dus deze mutatie heeft weinig invloed.

2. geslachtscel: na bevruchting komt het gemuteerde gen terecht in de eicel. Hieruit ontwikkelt zich een nakomeling dat in elke lichaamscel een gemuteerd gen heeft, dus deze mutatie heeft veel invloed.

Slide 17 - Slide

Mutaties
Kunnen spontaan plaatsvinden of onder invloed van mutagene invloeden:
- asbeststof
- uv-straling (zon)
- sigarettenrook 
- röntgen- en radioactieve straling




Slide 18 - Slide

kanker
ergens in het lichaam ontstaat een kwaadaardig gezwel doordat cellen zich snel en ongeremd gaan delen

zo'n gezwel is waarschijnlijk het gevolg van mutaties in de genen van een cel

als cellen van het gezwel ergens anders terechtkomen via bloed of lymfe, dan heet dat een uitzaaiing





Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Video

Vragen?

Slide 22 - Slide

Opdracht maken




Opdracht 55 t/m 59, blz. 130
timer
24:00

Slide 23 - Slide

Leerdoelen vandaag
Aan het einde van de les:
- kan je beschrijven wat geslachtelijke voortplanting is
- kan je beschrijven wat ongeslachtelijke voortplanting is
- kan je voorbeelden noemen van ongeslachtelijke voortplanting
- kan je beschrijven wat kunstmatige selectie en wat veredeling is
- kan je beschrijven wat een mutatie is
- kan je uitleggen hoe kanker ontstaat


Slide 24 - Slide