* Afbeeldingen kun je inzoomen door er op te klikken
1 / 28
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1
This lesson contains 28 slides, with interactive quizzes and text slide.
Lesson duration is: 50 min
Items in this lesson
Oefentoets thema 4: Stevigheid en beweging
* Lees de vragen goed en rustig door.
* Afbeeldingen kun je inzoomen door er op te klikken
Slide 1 - Slide
Hoe heet nummer 4?
Slide 2 - Open question
Hoe heet nummer 5?
Slide 3 - Open question
Hoe heet nummer 6?
Slide 4 - Open question
Hoe heet nummer 7?
Slide 5 - Open question
Hoe heet nummer 8?
Slide 6 - Open question
Hoe heet nummer 9?
Slide 7 - Open question
Hoe heet nummer 10?
Slide 8 - Open question
Hoe heet nummer 11?
Slide 9 - Open question
Met welk nummer is het kraakbeenlaagje aangegeven?
Slide 10 - Open question
Pezen kunnen zich samentrekken.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 11 - Quiz
Als je lijmstof uit een bot haalt, wordt het bot zacht en buigzaam.
A
Juist
B
onjuist
Slide 12 - Quiz
Tussen spaakbeen en opperarmbeen bij de mens zit een rolgewricht.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 13 - Quiz
Spier P begint zich samen te trekken.
Als gevolg hiervan strekt de voet
naar voren.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 14 - Quiz
Tussen de ribben en de wervels zitten gewrichten.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 15 - Quiz
De delen van het lichaam zijn hoofd, romp en lenden.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 16 - Quiz
De borstkas beschermt je hart en je longen.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 17 - Quiz
Tussenwervelschijven bestaan uit kraakbeen en een geleiachtige kern.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 18 - Quiz
De wervels van het heiligbeen zijn door een naad aan elkaar verbonden.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 19 - Quiz
Bij sommige beenderen in de armen en de benen van een mens zit aan één kant een kogelgewricht en aan de andere kant een scharniergewricht. Bij welk van deze beenderen is dat het geval?
A
Bij het dijbeen en het opperarmbeen
B
Bij het kuitbeen en de ellepijp
C
Bij het scheenbeen en spaakbeen
D
Bij het spaakbeen en het dijbeen
Slide 20 - Quiz
In de afbeelding is de wervelkolom getekend.
Welk nummer geeft de lendenwervels aan?
A
Nummer 1
B
Nummer 2
C
Nummer 3
D
Nummer 4
Slide 21 - Quiz
Uit welk weefsel bestaat de verbinding tussen de ribben en het borstbeen?
A
Beenweefsel
B
Kraakbeenweefsel
Slide 22 - Quiz
Welk nummer geeft in de afbeeldingen het heiligbeen aan?
A
1
B
2
C
3
Slide 23 - Quiz
Welke uitspraak over de wervelkolom is juist?
A
De wervelkolom heeft een dubbele C-vorm die wordt ondersteund vanuit de buikspieren.
B
De wervelkolom heeft een dubbele C-vorm die wordt ondersteund vanuit de rugspieren.
C
De wervelkolom heeft een dubbele S-vorm die wordt ondersteund vanuit de buikspieren.
D
De wervelkolom heeft een dubbele S-vorm die wordt ondersteund vanuit de rugspieren.
Slide 24 - Quiz
In de afbeelding zijn enkele beenverbindingen getekend.
Bij welke van deze beenverbindingen is de
minste beweging mogelijk?
A
Bij 1
B
Bij 2
C
Bij 3
Slide 25 - Quiz
Wat gebeurt er als de antagonist van de buigspier van het rechterbeen zich samentrekt?
A
Dan buigt het rechterbeen zich.
B
Dan strekt het rechterbeen zich.
C
Dan buigt het linkerbeen zich.
D
Dan strekt het linkerbeen zich.
Slide 26 - Quiz
Ireen Wüst kwam vlak voor de Olympische Spelen in 2014 met de schrik vrij bij een trainingskamp. De meervoudig olympische kampioene ging onderuit en sneed daarbij bijna met haar schaats haar achillespees af, waardoor ze de deelname aan de Olympische Spelen wel had kunnen vergeten. De achillespees verbindt het hielbeen met de kuitspier. Welke beweging had Ireen niet meer kunnen maken als de achillespees was doorgesneden?
A
Haar achtervoet optillen.
B
Haar achtervoet strekken.
C
Haar onderbeen optillen.
D
Haar onderbeen strekken.
Slide 27 - Quiz
Als Ireen Wust stopt met sporten, wat verwacht je dan dat er gebeurt met haar conditie en coördinatie?
A
Haar conditie verslechtert en haar coördinatie blijft hetzelfde.
B
Haar conditie blijft hetzelfde en haar coördinatie verslechterd
C
Zowel haar conditie als haar coördinatie verbeteren.
D
Zowel haar conditie als haar coördinatie verslechteren.