toetsbespreking T2 2024-2025

toetsbespreking T2 2024-2025
1 / 19
next
Slide 1: Slide
MaatschappijwetenschappenMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

This lesson contains 19 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

toetsbespreking T2 2024-2025

Slide 1 - Slide

toelichting op het nakijken
een V betekent dat er iets ontbreekt

ja en..., want...., dus.., er is geen afdoende toelichting gegeven

een punt met een golfje erachter wil zeggen dat het een twijfel antwoord is dat op het examen fout gerekend zal worden

Alleen de punten in een kringetje voor de opgave moet je optellen!

Slide 2 - Slide

      vraag 1           max 1p
Gemeenten, prinsjesdag, het kabinet
deze worden gevormd door diverse politieke regels/wetten

let op: niet de belastingdienst (is een instelling)

Slide 3 - Slide

vraag 2  max 1p
er is in bron 1 sprake van een politieke binding omdat in bron 1 er een verband is tussen de burgers en de overheid. De overheid probeert het economische probleem voor de burgers op te lossen. Het probleem kan niet opgelost worden zonder de overheid. Daarom is er in bron 1 sprake van een politieke binding, de overheid zorgt voor het oplossen van de problemen van de burgers

Slide 4 - Slide

vraag 3   max 2p
Door in te stemmen met het beleid dat de koopkracht van middeninkomens niet kan worden verbeterd, zal de representativiteit van de Eerste kamer achteruit gaan. Want je leest dat 58% van het volk niet met het beleid eens is. Door als Eerste kamer in te stemmen zul je de meerderheid van de bevolking tegen het ingevoerde beleid hebben. De standpunten van de eerste kamer komen in dit geval grotendeels dan niet over met de groep die vertegenwoordigd wordt. 

Slide 5 - Slide

vraag 4   max 4p
Lilian Marijnissen en Jesse Klaver, zullen blij zijn met de steun voor de allerarmste, maar vinden dit niet genoeg, omdat zovel Lilian als Jesse in partijen zitten met socialistische ideologie. . Het samenhangend geheel van beginselen en ideeën is voor het socialisme dat we groepen met een slechtere positie in onze maatschappij moeten steunen. In bron 1 lees je dat armere gezinnen 500 euro per gezin krijgen. Hierdoor zullen zovel Iilian als Jesse blij zijn met de steun die armere gezinnen krijgen in deze slechtere periode, maar in de bron lees je dat Jesse Klaver aangeeft dat hij dit te mager vind, dus ze zijn blij met de steun voor de armere gezinnen, maar vinden het geld niet genoeg.

Slide 6 - Slide

vraag 5       max  3p
Het geven van overheidssteun aan burger is een vorm van rationalisering dat komt doordat de overheid steun biedt aan de allerarmte Nederlandse klasse Ze proberen dus het proces van ordenen van de werkelijkheid met de bedoeling haar voorspelbaar en beheersbaar te maken met doelgericht in zetten van middelen die middelen zijn dus extra geld (financiering leveren) aan de arme klasse om zo efficient men effectief resultaat te bereiken. --> dat de allerarmste Nederlandse klasse dus met meer geld kunnen rondkomen.

Slide 7 - Slide

vraag 6  max  2p
Deze fractievoorzitters zullen meer mogelijkheden bezitten dan de voorzitter van een pressiegroep. Dit komt doordat een fractievoorzitter in de tweede kamer zit, zij kunnen dus actief meedoen in het vormen van een beleid ne bepalen wat er wel en niet in komt te staan. Een voorzitter van een pressiegroep zit echter niet in de tweede kamer, zij doen dus niet actief mee in het vormen van een beleid. Wel kunnen zij de aandacht saaien bij een politieke partij, hierdoor kunnen zij ervoor zorgen dat er aandacht voor het probleem komt.

Slide 8 - Slide

vraag 7   max 2p
De subfase die in deze bron voorkomt is de fase van beleidsvoorbereiding, dit blijkt uit de tekst doordat je leest "Bleek dinsdagavond in een debat over het vraagstuk". Dit betekent dat er nog wordt beslist over hoe en wat de uitkomst van dit vraagstuk zal worden.

Slide 9 - Slide

vraag 8  max   2p
Rationalisering is het proces van ordenen en systematiseren van de werkelijkheid met de bedoeling haar voorspelbaar en beheersbaar te maken en doelgericht inzetten van middelen om zo efficiënt en effectief mogelijke resultaten te bereiken. 
Een datingapp is een duidelijk voorbeeld van rationalisering omdat ze de werkelijkheid ordenen en systematiseren om haar voorspelbaar en beheersbaar te kunnen maken. Zo kunnen ze beheren wat voor types ze willen tegenkomen op de datingapp en dat voorspelt dus eigenlijk al met wat voor persoon jij op een date zou gaan. Daarnaast is het een duidelijk voorbeeld van rationalisering omdat ze zo effectief mogelijke resultaten willen bereiken. Je zit niet voor niks op een datingapp, je wil het liefst een relatie, dat zijn dus de resultaten die je wil bereiken. 

Slide 10 - Slide

vraag 9   max 2p
Het gebruik van datingapps leidt tot verworven relaties, omdat je zelf kiest met wie je gaat daten en met wie jij het leuk gaat hebben. Je zoekt dus de relaties op basis van interesses. Een toebedeelde relatie daarentegen is een relatie waarvan je zelf niet opzoek bent geweest naar de binding. Bijvoorbeeld je familie of de kerk. 
Bij een datingapp gaat het dus om verworven relaties, omdat je zelf kiest met wie je gaat daten

Slide 11 - Slide

vraag 10   max  2p
de technologie heeft de verbondenheid tussen mensen beïnvloed, veel dingen gaan tegenwoordig via de technologie, doordat er zoveel via technologie gaat zorgt dat er automatisch ook voor dat de sociale cohesie wordt beïnvloed. tegenwoordig gaan er bijvoorbeeld heel veel dingen via media, zoals contact etc, hiermee past de sociale cohesie zicht aan, sommige zouden zeggen dat er nu meer sociale cohesie is en andere juist niet.

Slide 12 - Slide

vraag 11 max 2p
Bron 2 past bij een modern gezin omdat daar de machtsafstand tussen ouders en kind klein is en iedereen doet wat diegene zelf wil. Je kunt in de bron zien dat de machtsafstand tussen ouders en kinderen klein is omdat de gehoorzaamheid naar ouders maar 13,1% is. Bij een traditioneel gezin zou deze groter zijn. Dat iedereen doet wat degene zelf wil is te zien aan het goed je best doen maar 6,4% is. Dit zou bij een traditioneel gezin groter zijn omdat dat veel mensen leefden volgens de regels van god en ze bang waren dat als ze iets verkeerds deden dat ze niet naar de hemel zouden gaan.

Slide 13 - Slide

vraag 12    max 3p
Deze verandering van waarde in de opvoeding hangt samen met paar maatschappelijke veranderingen die zijn gekomen door democratisering. De man had eerst het meeste macht en gezag in het gezin. Maar dit veranderde door de verandering kregen vrouwen steeds meer inspraak en meezeggenschap in het huishouden en veranderde het de macht en gezagsverhoudingen binnen het gezin tussen de vrouw en de man. Maar ook de kinderen kregen steeds meer te zeggen en hadden meer inspraak over bepaalde zaken. Dit is gekomen door democratisering want democratisering is het proces vande verandering van macht en gezagsverhoudingen door grotere inspraak en meerzeggenschap van de mindere macht. Binnen het gezin was de vrouw die de mindere macht was en steeds meer zeggenschap kreeg en grotere inspraak waardoor de waarden in de opvoeding ging veranderen en dat is gekomen door de maatschappelijke vernadering democratisering. Vrouwen werden eerst opgevoed met het idee alles voor hun man te doen en dat hun man alles te zeggen was door de democratisering is dit dus veranderd en kregen de vrouwen dat daarna niet meer geleerd maar juist dat zei wel inspraak hadden en meer zeggenschap.

Slide 14 - Slide

vraag 13   max 2p
Deze opvoedingscanon past goed bij het conservatisme, omdat er staat rekening houden met andere dit past hierbij omdat het conservatisme vindt dat we het samen moeten doen met elkaar en dat we op elkaar moeten letten. Deze opvoedingscanon past niet goed bij het liberalisme, omdat deze stroming staat voor vrijheid en het zelf oplossen van problemen. dit past hier dus niet goed omdat hier staat rekening houden met andere.

Slide 15 - Slide

vraag 14 max 1p
In de jaren '70 nam het aantal eenpersoonhuishoudens flink toe dit kwam omdat sinds toen het normaler was om te scheiden. Voor de jaren '70 was het 'het doel' en het ideaal om eerst samen te wonen, dan te trouwen en daarna kinderen te krijgen. Dit veranderde wat ervoor zorgde dat mensen van dat ideaal afstapte en eerst bijvoorbeeld aan een studie begonnen en hun eigen toekomst voorop gingen stellen.

Slide 16 - Slide

vraag 15   max 1p
opinieleidershypothese

Slide 17 - Slide

vraag 16 max 2p
Het soort huishouden dat kwam opzetten in de jaren '80 heet het onderhandelingshuishouden, dit is een huishouden waarbij iedereen inspraak heeft en er dus onderhandeld kan worden over keuzes die er worden gemaakt. Dit verschilt met het bevelshuishouden. De verschillen zijn dat bij de onderhandelingshuishouden iedereen inspraak had en bij het bevelshuishouden de vader alles besliste. 

Slide 18 - Slide

vraag 17   max 1p
Rekrutering en selectie - er wordt een positie aangesteld.

Slide 19 - Slide