voorbereiding CSE 4vmbo

Voorbereiding CSE Nederlands
1 / 23
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

This lesson contains 23 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Voorbereiding CSE Nederlands

Slide 1 - Slide

Lesplan:
-planning rest schooljaar
-uitleg CSE

oefenen CSE 2012:
-advertentie + vier vragen
-tekst met vragen 

Slide 2 - Slide

Planning rest schooljaar:
Toetsmomenten:
-PO Artikel (5%)
-PO theorie leesvaardigheid: examenwoorden (5%),
Leren theorie blz. 46 - 47; 94 t/m 100; 141 - 142 
-Toetsweek 3: SE CSE-stof (15%, volledig examen)
-CSE

Slide 3 - Slide

Uitleg CSE:
Het CSE Nederlands bestaat uit:
-drie lange leesteksten met vragen (begrijpend lezen en samenvattende vragen)
-een artikel (afbeelding + tekst met vragen)
-een schrijfopdracht (zakelijke brief/e-mail of artikel), gekoppeld aan een van de drie leesteksten. 
Je hebt hiervoor twee uur de tijd. 

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Vragen bij de advertentie
1p  1 .Wat is het voornaamste doel van deze advertentie?
A de lezer informeren
B de lezer overtuigen
C de lezer tot handelen aansporen
D de lezer waarschuwen




B De tekst zorgt ervoor dat de titel wordt begrepen.
C De titel ondersteunt de tekst.
D De titel voegt een nieuw inhoudselement toe aan de tekst.

Slide 6 - Slide

Vragen bij de advertentie
1p 2 .Voor wie is deze advertentie vooral bedoeld?
A alle lezers van de krant
B mensen die informatie willen hebben over Alzheimer
    Nederland
C mensen die ook vergeetachtig zijn
D mensen met de ziekte Alzheimer

Slide 7 - Slide

Vragen bij de advertentie
1p 3. “Mensen met Alzheimer vergeten de normaalste dingen.”
Wat vergeten zij volgens deze advertentie?
Noem vijf zaken.

Slide 8 - Slide

Vragen bij de advertentie
1p 4. Hoe is in deze advertentie de verhouding tussen de titel U leest nu de krant. en de tekst daaronder?
A De tekst maakt de titel minder schokkend.
B De tekst zorgt ervoor dat de titel wordt begrepen.
C De titel ondersteunt de tekst.
D De titel voegt een nieuw inhoudselement toe aan de tekst.

Slide 9 - Slide

Oefenen CSE : tekstfragment
Tips voor aanpak van leesteksten:
-Lees eerst de gehele tekst rustig door.
-Start dan met het beantwoorden van de vragen, lees zoekend om de antwoorden te vinden.
-Tijd is een belangrijke factor bij het maken van het examen. Je hebt twee uur voor drie teksten en een advertentie. Verdeel de tijd dus goed! 

Slide 10 - Slide

Speurhond gezocht

(1) De explosievenhond die snuffelt
aan de auto van Obama, de drugshond
die op de grens van Mexico 500 kilo
drugs onderschept, de camerahond die in Israël via zijn oortje krijgt toegefluisterd waar de verdachte zich
bevindt. Of het nu gaat om het vinden
van geld, wapens, explosieven of
drugs, de kans is groot dat een
(goede) speurhond, waar ook ter
wereld actief, uit Nederland komt.




verkocht, soms voor 6.000 euro per
20 dier. Waarom zijn juist deze honden uit
Nederland zo in trek?


(2) Nederland is de grootste leverancier van speurhonden ter wereld:
politiekorpsen, legers en douane in de
 hele wereld kopen in ons land hun
honden in. Hier worden ze gefokt,
opgevoed en maandelijks met tientallen tegelijk aan het buitenland
verkocht, soms voor 6.000 euro per
dier. Waarom zijn juist deze honden uit
Nederland zo in trek?

Slide 11 - Slide

Vraag bij de tekst:
1. Hoe wordt het onderwerp van de tekst in alinea 1 ingeleid?
A door het geven van meningen over het onderwerp van de
    tekst
B door het noemen van een deskundige inzake het onderwerp
C door het noemen van verschillende voorbeelden
D door het samenvatten van de hele tekst

Slide 12 - Slide



(8) Volgens Blonk zijn ook de fokschema’s – welke hond kruis je met
welke hond – in Nederland beter ontwikkeld. Omdat honden hier al heel
vroeg gebruikt werden voor het
bewaken van het vee, zijn we volgens haar ook eerder dan in andere landen
met honden fokken begonnen. Net
zoals Nederland ook met paarden en
vleeskoeien eerder ging fokken.

(9) Bovendien leveren fokkerijen in het buitenland niet altijd de beste honden.
Van den Broek: “China heeft sinds kort
eigen, grootschalige fokstations. De
honden krijgen door die grootschaligheid te weinig aandacht. Speurhonden
moeten hun werk kunnen doen op
plaatsen met veel mensen, zoals op
een vol terras of in een druk winkelcentrum. Daarvoor is een langdurige training nodig. De beste speurhonden komen van hondentrainers die wel
moeite en tijd in hun opvoeding
hebben gestoken.” 

Slide 13 - Slide

Vraag bij de tekst:
1p 2. Hoe kun je het verband tussen de alinea's 8 en 9 het beste weergeven?
A Alinea 8 en alinea 9 vormen een tegenstelling.
B Alinea 8 en alinea 9 vormen samen een opsomming.
C Alinea 9 geeft een voorbeeld bij de inhoud van alinea 8.
D In alinea 9 wordt een conclusie uit de inhoud van alinea 8
    getrokken.

Slide 14 - Slide

(4) Door deze politieke veranderingen werd Van den Broeks baan als
hoofd van de afdeling speurhonden bij
de NAVO steeds minder belangrijk. Hij
besloot begin jaren negentig particulier
hondentrainer te worden. Al snel kwam
de export van zijn bedrijf naar Griekenland, Mexico, Egypte en Amerika op
gang. Hij zegt daarover: “Ze wisten in
die landen niets van honden en kochten bij Nederlandse handelaren alle
rotzooi op.  
Als er maar een kop en een
staart aan zat, dachten ze. Die naïviteit
bij buitenlanders is inmiddels verdwenen, maar de vraag naar Nederlandse honden lijkt juist toegenomen.”

Slide 15 - Slide

Vraag bij de tekst:

1 p 3. In alinea 4 zegt Van den Broek: “Ze wisten in die landen … lijkt juist toegenomen.” (regels 55-62)
Wat blijkt uit deze uitspraken van Van den Broek?
A De buitenlanders kunnen steeds beter zelf hun eigen speurhonden fokken.
B In Nederland waren alleen maar goede speurhonden te koop.
C Nederlanders zijn in de loop der jaren beter gaan fokken.
D Nederlandse hondenfokkers hebben in het buitenland een goede naam. 

Slide 16 - Slide

(6) Sinds enkele jaren hebben exporteurs als Van den Broek en
Dashorst concurrentie gekregen van
kleine Nederlandse kennels. Deze
hobbyisten weten steeds beter het
internet te vinden om zo hun zelf gefokte honden aan de buitenlandse
kopers te slijten. Een kwalijke ontwikkeling, die verkoop door hobbyisten, vindt Sandra Blonk van 

S&R Policedogs, een hondentrainer die 95 gespecialiseerd is in het trainen van politiehonden. “Je kunt bij de kwaliteit van deze honden die naar het buitenland gaan, grote vraagtekens zetten.”

Slide 17 - Slide

Vraag bij de tekst:

1p 4. In alinea 6 worden honden genoemd die naar het buitenland verkocht worden vanuit kleine hondenkennels.
Welke kritiek heeft Sandra Blonk op de trainers van deze honden?
A Ze hebben een gebrek aan deskundigheid.
B Ze trainen de honden in te kleine groepen.
C Ze verkopen honden tegen veel te lage prijzen.
D Ze verkopen hun honden via Internet.

Slide 18 - Slide

(7) Vanwaar toch al die buitenlandse interesse in Nederlandse honden? Van den Broek: “Nederland kent de hond al
eeuwen als huisdier. We zijn hondenliefhebbers, in tegenstelling tot inwoners van veel andere landen, waar honden altijd werden weggestopt.” Hij vermoedt dat Nederlanders daardoor een beter gevoel voor honden hebben
ontwikkeld. “Het zit hem in de toon, denk ik. In de VS hoor ik politieagenten heel droog “good boy” tegen hun hond zeggen. Wij leggen in onze omgang met honden meer emotie in
onze stem.”

(8) Volgens Blonk zijn ook de fok115 schema’s – welke hond kruis je met welke hond – in Nederland beter ontwikkeld. Omdat honden hier al heel vroeg gebruikt werden voor het
bewaken van het vee, zijn we volgens haar ook eerder dan in andere landen met honden fokken begonnen. Net
zoals Nederland ook met paarden en vleeskoeien eerder ging fokken.



(9) Bovendien leveren fokkerijen in het buitenland niet altijd de beste honden. Van den Broek: “China heeft sinds kort
eigen, grootschalige fokstations. De honden krijgen door die grootschaligheid te weinig aandacht. Speurhonden moeten hun werk kunnen doen op plaatsen met veel mensen, zoals op
een vol terras of in een druk winkelcentrum. Daarvoor is een langdurige training nodig. De beste speurhonden komen van hondentrainers die wel moeite en tijd in hun opvoeding
hebben gestoken.”

Slide 19 - Slide

Vraag bij de tekst:
1p  5. Welk kopje geeft het beste de inhoud weer van deel 3 (alinea’s 7 tot en met 9)?
A Kleinschaligheid zorgt voor goede speurhonden
B Nederland al eeuwen ideaal voor de hondenliefhebber
C Nederlandse speurhonden in het buitenland
D Oorzaken voor buitenlandse interesse

Slide 20 - Slide

De kunst van het opgeven
(1) Opgeven, ergens mee stoppen,
heeft een slechte naam. Onze doelen
bepalen tenslotte wie we zijn en waar
we heen gaan, vinden de meeste
mensen. Maar de moed hebben om
doelen op te geven die buiten je bereik
liggen, is net zo belangrijk als het
nastreven van de dingen die je graag
wilt bereiken, zo zeggen steeds meer
wetenschappers.
(2) “Mensen die doorgaan, doorzetters,
zijn in onze maatschappij de helden”,
zegt psycholoog Sander Koole, onderzoeker



eiwit in hun bloed hadden. Een verhoogde aanwezigheid van dat type
eiwit kan wijzen op diabetes, hart30 kwalen en vroegtijdige ouderdom. Ook
ander onderzoek laat zien dat mensen
er wel bij varen als ze hun doelen
kunnen loslaten

onderzoeker aan de Vrije Universiteit
Amsterdam. “Maar net zo belangrijk –
zo niet belangrijker – is het om toe te
geven dat iets niet voor jou is weggelegd. Daardoor voorkom je dat je
energie verspilt aan onmogelijke projecten.”
(3) Psycholoog Carsten Wrosch stelt
zelfs dat koppigheid slecht kan zijn
voor je gezondheid. Zo ontdekte hij dat
mensen die het lastig vinden om een  moeilijk bereikbaar doel op te geven,
een hoger niveau van een bepaald
eiwit in hun bloed hadden. 

Slide 21 - Slide

Vraag bij de tekst:
Vat dit tekstfragment zo compleet mogelijk samen in maximaal 20 woorden. 

Slide 22 - Slide

Afsluiting:
-denk aan de voorbereiding van het PO Artikel (ma 1 maart) en PO theorie leesvaardigheid (ma 15 maart). 

-extra hulp nodig ter voorbereiding van de PO's of (C)SE? Kom in dalton. 

Slide 23 - Slide