This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes and text slide.
Lesson duration is: 15 min
Items in this lesson
Speurhond gezocht
Vragen bespreken
Slide 1 - Slide
16. Hoe wordt het onderwerp van de tekst in alinea 1 ingeleid?
A
door het geven van meningen over het onderwerp van de tekst
B
door het noemen van een deskundige inzake het onderwerp
C
door het noemen van verschillende voorbeelden
D
door het samenvatten van de hele tekst
Slide 2 - Quiz
17. Hoe kun je het verband tussen de alinea's 8 en 9 het beste weergeven?
A
Ze vormen een tegenstelling.
B
Ze vormen samen een opsomming.
C
Alinea 9 geeft een voorbeeld bij de inhoud van alinea 8.
D
In alinea 9 wordt er een conclusie getrokken uit de inhoud van 8.
Slide 3 - Quiz
18. In alinea 4 zegt Van den Broek: “Ze wisten in die landen … lijkt juist toegenomen.” (regels 55-62) Wat blijkt uit deze uitspraken van Van den Broek?
A
De buitenlanders kunnen steeds beter zelf hun eigen speurhonden fokken
B
In Nederland waren alleen maar goede speurhonden te koop.
C
Nederlanders zijn in de loop der jaren beter gaan fokken.
D
Nederlandse hondenfokkers hebben in het buitenland een goede naam.
Slide 4 - Quiz
19. Welk kopje geeft het beste de inhoud weer van deel 2 (alinea’s 3 tot en met 6)?
A
Concurrentie tussen Nederlandse hondentrainers
B
Honden trainen in Nederland voor het buitenland
C
Nederlandse en buitenlandse honden met elkaar vergeleken
D
Oude en nieuwe markten voor Nederlandse honden
Slide 5 - Quiz
20. Welk kopje geeft het beste de inhoud weer van deel 3 (alinea’s 7 tot en met 9)?
A
Kleinschaligheid zorgt voor goede speurhonden
B
Nederland al eeuwen ideaal voor de hondenliefhebber
C
Nederlandse speurhonden in het buitenland
D
Oorzaken voor buitenlandse interesse
Slide 6 - Quiz
21. Volgens Van den Broek zijn er ook honden van twijfelachtige kwaliteit aan het buitenland verkocht. Welk woord in deel 2 (alinea's 3 tot en met 6) geeft het duidelijkst Van den Broeks mening over die kwaliteit weer?
Slide 7 - Open question
22. In de tekst worden enkele oorzaken genoemd voor de kwaliteit van Nederlandse speurhonden. Welke oorzaak wordt niet in de tekst genoemd?
A
Nederlanders hebben een beter gevoel voor honden dan buitenlanders
B
Nederlandse hondenfokkers weten goed welke honden je met elkaar kunt kruisen.
C
Nederlandse opleidingen voor hondentrainer zijn beter dan die in andere
landen.
D
Nederlandse trainers weten precies wat er voor hondentraining nodig is.
Slide 8 - Quiz
23. In alinea 6 worden honden genoemd die naar het buitenland verkocht worden vanuit kleine hondenkennels. Welke kritiek heeft Sandra Blonk op de trainers van deze honden?
A
Ze hebben een gebrek aan deskundigheid.
B
Ze trainen de honden in te kleine groepen.
C
Ze verkopen honden tegen veel te lage prijzen
D
Ze verkopen hun honden via Internet.
Slide 9 - Quiz
24. Op welke twee punten heeft Van den Broek kritiek op de training van speurhonden in China?
Slide 10 - Open question
25. Wat is het belangrijkste doel van de schrijver met de tekst Speurhond gezocht?
A
de lezer aansporen op de juiste manier speurhonden aan te kopen
B
de lezer informeren over het succes van Nederlandse speurhonden
C
de lezer overtuigen van het nut van goede speurhonden
D
de lezer waarschuwen dat het vaak misloopt bij hondentraining
Slide 11 - Quiz
26. Hoe kun je de inhoud van alinea 10 het beste weergeven?
A
Er wordt een conclusie uit de tekst getrokken
B
Er wordt een nieuw gegeven aan de tekst toegevoegd.
C
Er wordt een samenvatting van de tekst gegeven
D
Er wordt een waarschuwing uitgesproken.
Slide 12 - Quiz
27. Wat is de hoofdgedachte van de tekst Speurhond gezocht?
A
Dankzij goede fokschema’s kan Nederland kwalitatief goede speurhonden
leveren over de hele wereld.
B
Door liefde voor en kennis van honden is Nederland de grootste leverancier
van goede speurhonden in de wereld.
C
Het trainen en het verhandelen van nieuwe speurhonden veranderen steeds
meer in de wereld.
D
Ook politieke veranderingen hebben invloed gehad op de positie van
Nederland als exportland van speurhonden.