---Bijwoorden en bijvoeglijke naamwoord: adverbs en adjectives
---Online oefenen
---Aan de slag
1 / 13
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3
This lesson contains 13 slides, with text slides.
Lesson duration is: 30 min
Items in this lesson
Hey there!
---Bijwoorden en bijvoeglijke naamwoord: adverbs en adjectives
---Online oefenen
---Aan de slag
Slide 1 - Slide
Leerdoelen
- Ik ken het verschil tussen bijwoorden en bijvoegelijk naamwoorden.
- Ik ken de verschillende soorten bijwoorden.
- Ik weet waar de bijwoorden horen in een zin.
- Ik kan zelf voorbeelzinnen geven.
Slide 2 - Slide
Adjectives(bijvoeglijke naamwoord)
Adjectives= zeggen iets over een zelfstandig naamwoord
"The careful driver" "The angry teacher" "A beautiful dress"
Slide 3 - Slide
Bijwoorden
Een bijwoord (adverb) zegt iets over een werkwoord (verb) of over een ander bijwoord of bijvoeglijk naamwoord.
Het bijwoord komt NA het werkwoord.
He talkednervously.
verb adverb
Slide 4 - Slide
Adverb = bijwoord
Een bijwoord gebruik je om aan te geven HOE iemand iets doet. Een bijwoord omschrijft vaak een werkwoord, maar ook een anderbijwoord, eenbijvoeglijk naamwoordof dehele zin.
Mary sings wonderfully.
My grandparents talkincrediblyloudly.
I am eating an amazinglydelicious steak!
Slide 5 - Slide
Hoe vorm je een bijwoord?
De meeste bijwoorden worden gevormd door –ly toe te voegen achter het bijvoeglijke naamwoord:
beautiful – beautifully
quick - quickly
Slide 6 - Slide
Hoe?
een bijwoord vorm je door:
-ly achter het bijv nw te zetten quick-ly
- let op! met woorden die op een y eindigen: happy wordt happily
Slide 7 - Slide
Adjective (bijv. nw.)
beautiful
awful
slow
funny
gentle
systematic
true
full
Adverb (bijwoord)
beautifully
awfully
slowly
funnily
gently
systematically
truly
fully
De vorm
Een adverb is vaak een adjective gevolgd door -ly
Maar dat is niet altijd zo ...
fast
high
long
straight
daily
fast
high
long
straight
daily
Slide 8 - Slide
Bijvoegelijke naamwoord
Een bijvoegelijk naamwoord zegt iets over een zelfstandig naamwoord.