The future

 FUTURE : 
1. am / are / is + going to + werkwoord
2. will + werkwoord
     shall + werkwoord (vragen I/we)
3. Present simple
4. Present continuous
1 / 16
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

 FUTURE : 
1. am / are / is + going to + werkwoord
2. will + werkwoord
     shall + werkwoord (vragen I/we)
3. Present simple
4. Present continuous

Slide 1 - Slide

am/ are/ is + going to + stam
Wanneer? 
- je bent iets van plan
I am going to visit Bob tomorrow.
- Je hebt bewijs/je ziet dat iets gaat gebeuren
I can see that it is going to rain.

Slide 2 - Slide

Will + stam
Wanneer? 
- Als je iets besluit op het moment van spreken.
"Hey, there is no milk." I will get some milk.
- Bij een wens, veronderstelling, belofte, aanbod, verzoek of voorspelling. 


Slide 3 - Slide

Shall + stam
Wanneer? 
- Bij vraagzinnen met als onderwerp I en we.
Shall I go to the supermarket? 


Slide 4 - Slide

Present simple
Wanneer? 
Als iets gaat gebeuren volgens een vast tijdschema 
The train leaves at 13.00 pm.
Vorm: 
stam of stam + s
don't + stam of doesn't + stam



Slide 5 - Slide

Present continuous
Wanneer? 
Dingen die al gepland zijn en vrijwel zeker gaan gebeuren.
(plaats - tijdstip is bekend)
Tommy is visiting his grandmother tomorrow.



Slide 6 - Slide

Present continuous
Vorm: 
am / are / is + stam + ing
am / are / is + not + stam + ing

Slide 7 - Slide

Future tenses - scheme

Slide 8 - Slide

om iets aan te bieden,
te beloven,
of aan te kondigen:
A
will + hele werkwoord
B
shall + hele werkwoord
C
allowed to + hele werkwoord
D
am/are/is + going to + hele werkwoord

Slide 9 - Quiz

als je iets van plan bent
of iets gaat gebeuren:
A
will + hele ww
B
shall + hele ww
C
allowed to + hele ww
D
am/are/is + going to + hele ww

Slide 10 - Quiz

I promise I ... you a letter soon. (write)
A
will write
B
am going to write

Slide 11 - Quiz

Look, a clear blue sky.
It .... another warm day. (be)
A
will go to be
B
is
C
is going to be
D
will be

Slide 12 - Quiz

You must be hungry.
I ... you a sandwich. (make)
A
am going to
B
make
C
will making
D
will make

Slide 13 - Quiz

Fill in the gap: According to the website there are three flights tomorrow. The earliest .... at 7.30 a.m.

A
is going to leave
B
leaves
C
will leave

Slide 14 - Quiz

Fill in the gap: I fancy a snack. I think
I ...... myself a sandwich.

A
will make
B
make
C
am making

Slide 15 - Quiz

Fill in the gap: The weather report says it .... tomorrow.

A
is going to snow
B
is snowing
C
will snow
D
snows

Slide 16 - Quiz