1. Je kunt uitleggen wat peristaltische bewegingen zijn.
2. Je kunt de route beschrijven dat ons eten aflegt. (van mond tot kont)
3. Je kunt in een schematische tekening/ afbeelding de delen van het verteringsstelsel noemen. (mondholte, slokdarm, maag, lever, alvleesklier, twaalfvingerige darm, dunne darm, dikke darm, endeldarm.)
4. Je kunt van deze delen van het verteringsstelsel de functies noemen.
5. Je kunt uitleggen waarom we voedingsvezels nodig hebben.
6. Je kunt beschrijven hoe voedingsstoffen in ons bloed komen en waarvoor dit nodig is.