GV Argumenten discussie

Gesprekken voeren
- discussie
- argumenten
1 / 32
next
Slide 1: Slide
NederlandsMBOStudiejaar 1

This lesson contains 32 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Gesprekken voeren
- discussie
- argumenten

Slide 1 - Slide

Canvas tegel
 Je kent verschillende soorten argumenten.
 Je kunt verschillende soorten argumentatiestructuren herkennen.
 Je kunt argumentaties structureren.
 Je kunt het onderscheid maken tussen een drogreden en een argument.

Slide 2 - Slide

Wat is een argument?
A
De mening van de schrijver
B
de onderbouwing van de mening
C
Een conclusie van de mening

Slide 3 - Quiz

Wat betekent het woord tussen haakjes?

Meneer Raven is een (autoriteit) als het gaat over wetskennis.

A
wetenschapper
B
studiebol
C
muggenzifter
D
deskundige

Slide 4 - Quiz

Je hebt een discussie over mondkapjes en iemand geeft als argument aan dat covid 19 waarschijnlijk is ontstaan bij vleermuizen.
A
argument is niet juist
B
argument is niet geldig
C
argument is relevant

Slide 5 - Quiz

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Wat is het autoriteitsargument?
A
Veel mensen vinden vlees eten slecht.
B
Je kozijn is slecht geschilderd. Mijn broer, die schilder is, zou het anders doen.

Slide 10 - Quiz

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

De speld is betrouwbare info.
A
Ja
B
Nee

Slide 14 - Quiz

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Goede argumenten maken
  1. Wat is je argument. 
  2. Leg dit uit.
  3. Voeg eventueel een voorbeeld toe.
Volg dit stappenplan bij het maken van argumenten.
4. Wat zou een tegenargument/weerlegging kunnen zijn?

Slide 18 - Slide

Aan de slag!
  • De meesten stelling en argumenten ingeleverd en feedback op gekregen.
  • Opdracht deze week is dit aanpassen/verbeteren.
  • Over drie weken is het examen.

Slide 19 - Slide

Deel 2 discussie
Doel gesprek
Hoe gedraag je je?
Interactie?
Bruggetjes

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Slide

Als je klasgenoot te veel praat dan praat ik gewoon door hem heen.
A
goed idee
B
slecht idee

Slide 24 - Quiz

Slide 25 - Slide

Als we te lang over een argument door gaan, dan probeer ik over te gaan op een ander onderwerp door: 'Ik snap dat goed, maar..'
A
goed idee
B
slecht idee

Slide 26 - Quiz

Slide 27 - Slide

Een spiekbrief mag je bij het examen gesprekken voeren houden.
A
waar (mits in steekwoorden)
B
waar
C
niet waar
D
niet waar (je hoort dan ook of je voor of tegen bent)

Slide 28 - Quiz

Slide 29 - Slide

Slide 30 - Slide

Slide 31 - Slide

Gesprekken voeren 
Discussie over stelling
Je hoort of je voor of tegen bent
Voor- en tegenargumenten voorbereiden
(met een argumentatiestructuur)

Slide 32 - Slide