5 februari lv/mw en bwb

Welkom in de les


Jas in kluisje of aan de kapstok boven

Boek, etui en aantekeningenschrift op tafel
1 / 18
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 18 slides, with text slides.

Items in this lesson

Welkom in de les


Jas in kluisje of aan de kapstok boven

Boek, etui en aantekeningenschrift op tafel

Slide 1 - Slide

Planning 1HVd
  • Boek De Slavenring: inleveren t/m 6 februari bij mediatheek
  • Verder voorbereiden Pecha Kucha: start volgende week.
  • Vandaag: verder met grammatica: afronden t/m bwb 

Deze week: donderdag naar mediatheek voor lijsterboekjes (boek 3). 

Slide 2 - Slide

Planning 1HVb
  • Boek De Slavenring: inleveren t/m 6 februari bij mediatheek
  • Verder voorbereiden Pecha Kucha: start volgende week.
  • Vandaag: verder met grammatica: afronden t/m bwb 

Deze week: dinsdag naar mediatheek voor lijsterboekjes (boek 3). 

Slide 3 - Slide

Lesdoel
Ik kan een meewerkend voorwerp en een bijwoordelijke bepaling herkennen in een zin. 

Slide 4 - Slide

Even oefenen
Ontleed in je schrift de volgende zin.

Maarten heeft hem het goede nieuws verteld.


Slide 5 - Slide

Oefening lijdend voorwerp
Opdracht 1

Slide 6 - Slide

ontleedvolgorde
Onderstreep de pv en hak de zin in stukken.
En dan ontleden in de volgende volgorde:
1.pv (persoonsvorm)
2.ow (onderwerp)
3.wg (gezegde)
4.lv (lijdend voorwerp)
5.mv (meewerkend voorwerp)
6. bwb (bijwoordelijke bepaling)

Slide 7 - Slide

meewerkend voorwerp
aan/voor wie + gezegde + ow (+ lv)?

ow=onderwerp. 

Hij heeft aan Sanne een cadeau gegeven.
(Aan wie heeft hij een cadeau (=lv) gegeven? Aan Sanne.

Slide 8 - Slide

meewerkend voorwerp
Voorbeelden van werkwoorden die vaak een meewerkend voorwerp 'bij zich dragen':

aanbieden
overhandigen
antwoorden
laten zien

Slide 9 - Slide

bijwoordelijke bepaling
- Geeft antwoorden op vragen als: wanneer, waar, waarmee, hoe, door wie, met wie, etc. 

Slide 10 - Slide

Bijwoordelijke bepaling

Belangrijk: de bijwoordelijke bepaling zegt iets over het gezegde.

Ik loop snel.
Ik koop vandaag kleding.

Slide 11 - Slide

BWB voorbeelden

Slide 12 - Slide

Aan het werk (1HVd)
Eerste tien minuten in stilte werken.


- Cursus 5, grammatica: paragraaf 9 meewerkend voorwerp: route A, B of C.
- Cursus 5, grammatica: paragraaf 11, bijwoordelijke bepaling. Kies hier route A of B. 

Af: paragraaf 9 voor donderdag (5e uur), paragraaf 11 voor vrijdag (6e uur).

timer
10:00

Slide 13 - Slide

Aan het werk (1HVb)
Eerste tien minuten in stilte werken.


- Cursus 5, grammatica: paragraaf 9 meewerkend voorwerp: route A, B of C.
- Cursus 5, grammatica: paragraaf 11, bijwoordelijke bepaling. Kies hier route A of B. 

Af: paragraaf 9 voor morgen, paragraaf 11 voor donderdag (2e uur).

timer
10:00

Slide 14 - Slide

Oefenzin 1
Door de staking  ontstonden  enorme vertragingen.
pv= 
ow= 
wg=
lv= 
mv= 
bwb=


Slide 15 - Slide

Oefenzin 1
Door de staking | ontstonden | enorme vertragingen.
pv= ontstonden
ow= enorme vertragingen
wg= ontstonden
ng= -
lv= -
mv= -


Slide 16 - Slide

Oefenzin 2
De burgemeester  is  vanochtend  het eerste exemplaar aangeboden.
pv=
ow=
wg=
lv=
mv=
bwb=

Slide 17 - Slide

Oefenzin 2
De burgemeester | is | vanochtend | het eerste exemplaar |aangeboden.
pv= is
ow= het eerste exemplaar
wg= is aangeboden
ng= -
lv= -
mv= de burgemeester
bwb = vanochtend

Slide 18 - Slide