23 apr: KERN 59

Op tafel:
- laptop en log in op LessonUp
- map
- pen
Welkom klas
timer
3:30
Telefoon in het zakkie.
Jas uit en over je stoel.
1 / 32
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

This lesson contains 32 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Op tafel:
- laptop en log in op LessonUp
- map
- pen
Welkom klas
timer
3:30
Telefoon in het zakkie.
Jas uit en over je stoel.

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Op tafel:
- laptop (dicht)
- map
- pen
Welkom klas
timer
2:30
Telefoon in het zakkie.
Jas uit en over je stoel.

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Vandaag dinsdag 23 april:


1. Huiswerk les 58 en les 63 nakijken.
2. Uitleg KERN 59
3. Oefenen met tekstverbanden

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Wat gaan we doen vandaag?

1. Huiswerk nakijken
2. Huiswerk inplannen.
3. Uitleg KERN 59
4. Leesmoment.


Slide 5 - Slide

This item has no instructions

1. Huiswerk nakijken
Werkblad DiaTaal: 
opdracht 2

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Huiswerk: Les 58, opdracht 1 t/m 5.
Zet een krul of verbeter je antwoord.

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Huiswerk: Les 58, opdracht 1 t/m 5.

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Huiswerk: Les 63: opdracht 6 en 7

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Uitleg KERN 59

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Oefenen!
Open je laptop en log in op LessonUp.

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Welk tekstverband geeft het signaalwoord aan?
Sleep de signaalwoorden naar het goed tekstverband.
uitspraak-opsomming
uitspraak-tegenstelling
uitspraak-voorbeeld
echter
denk aan
verder
onder andere
daarnaast
hoewel

Slide 15 - Drag question

This item has no instructions

Je kunt een tekstverband herkennen aan een signaalwoord. Bijvoorbeeld: maar = tegenstellend tekstverband
A
juist
B
onjuist

Slide 16 - Quiz

This item has no instructions

Wat is geen tegenstellend tekstverband?
A
maar
B
ook
C
echter
D
daarentegen

Slide 17 - Quiz

This item has no instructions

Wat is geen tekstverband?
A
tegenstelling
B
opsomming
C
voorbeeld
D
doel

Slide 18 - Quiz

This item has no instructions

Tekstverband: TEGENSTELLING
A
al met al
B
daar staat tegenover
C
zoals
D
waardoor

Slide 19 - Quiz

This item has no instructions

Welk signaalwoord past er bij het
tekstverband: OPSOMMING
A
nog steeds
B
alles bij elkaar
C
al met al
D
zoals

Slide 20 - Quiz

This item has no instructions

Wat is een tekstverband?
A
Een pleister voor een tekst
B
Hetzelfde als een tussenkopje
C
Een signaalwoord
D
Wat zinnen met elkaar te maken hebben

Slide 21 - Quiz

This item has no instructions


Zoek het tekstverband:
Hij houdt van pannenkoeken, maar niet van pizza.
A
opsomming
B
tegenstelling
C
tijdsvolgorde
D
uitleggend

Slide 22 - Quiz

This item has no instructions

Ik weet wat tekstverbanden en signaalwoorden zijn.
A
Ja
B
Nee
C
Beetje

Slide 23 - Quiz

This item has no instructions

Sleep het signaalwoord naar het juiste tekstverband
Opsommend
tegenstellend
Tijd
Vervolgens
Desondanks
Later
Wanneer

Slide 24 - Drag question

This item has no instructions

Oefenen met oorzaak-gevolg en doel-middel

Slide 25 - Slide

This item has no instructions

Welk signaalwoord past op de puntjes?
Toen Mohammed 14 jaar was, kreeg hij een ongeluk. ... zit hij nu in een rolstoel.
A
maar
B
daardoor
C
als gevolg daarvan
D
toen

Slide 26 - Quiz

Tot hier
Welk signaalwoord past op de puntjes?
Dit is een instrument ... je heel precies de windsnelheid kunt meten.
A
waarmee
B
daardoor
C
vervolgens
D
doordat

Slide 27 - Quiz

This item has no instructions

Welk signaalwoord past op de puntjes?
... er veel gas uit de grond wordt gehaald, ontstaan er aardbevingen in Groningen.
A
doordat
B
en
C
maar
D
omdat

Slide 28 - Quiz

This item has no instructions

Welk signaalwoord past op de puntjes?
De Ligt kreeg een rode kaart, ... het Nederlands elftal met tien man verder moest.
A
dus
B
en
C
waardoor
D
ten eerste

Slide 29 - Quiz

This item has no instructions

Welk signaalwoord past op de puntjes?
Je kunt een 'nee-nee'-sticker op je brievenbus plakken ... ongewenste reclamedrukwerk te voorkomen.
A
daarna
B
maar
C
om
D
zodat

Slide 30 - Quiz

This item has no instructions

Huiswerk:
Les 59, opdracht 1 t/m 4. 

Slide 31 - Slide

This item has no instructions

Aan de slag!
Wat?
Maak vraag 2 van het werkblad.
Tijd?
5 minuten. Daarna klassikaal nakijken.
Eerder klaar?
Maak vraag 1, 3 en 4 van het werkblad.
Kijk het huiswerk van DiaTaal na (antwoorden staan op Teams)
timer
5:00

Slide 32 - Slide

This item has no instructions