Lezen 1.2 - 1.3 Doel en Publiek, Betrouwbaarheid

H 1 Lezen Nu Nederlands 2F A

1.2 Doel en publiek
1.3 Betrouwbaarheid van een tekstl en publiek
20
1 / 22
next
Slide 1: Slide
NederlandsMBOStudiejaar 1

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

H 1 Lezen Nu Nederlands 2F A

1.2 Doel en publiek
1.3 Betrouwbaarheid van een tekstl en publiek
20

Slide 1 - Slide

Wat weet je aan het eind van deze les?

* De 4 meest voorkomende tekstdoelen
* Hoe je een tekstdoel kunt herkennen
* Hoe je kunt zien voor wie een tekst bedoeld is
* Wanneer een tekst betrouwbaar is

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Ik ken de vier tekstdoelen
A
Ja
B
Nee
C
Misschien
D
Niet alle vier

Slide 5 - Quiz

Welke is GEEN tekstdoel?
A
Informeren
B
Fantaseren
C
Instrueren
D
Overtuigen

Slide 6 - Quiz

Wat zijn voorbeelden van tekstdoelen?
A
artikel, tijdschrift, krant, recept
B
informeren, instrueren, overhalen, overtuigen
C
informerende tekst, activerende tekst, overtuigende tekst

Slide 7 - Quiz

Een overzicht

Slide 8 - Slide

Wat is het tekstdoel?

Slide 9 - Slide

Wat is het tekstdoel?

Slide 10 - Slide

Wat is het tekstdoel?

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Maak in groepen opdracht 1 blz 17 deel A
timer
1:00

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Betrouwbaar? "Een reclametekst van een auto"
A
ja
B
nee

Slide 16 - Quiz

Betrouwbaar?: "Bijsluiter van een medicijn."
A
ja
B
nee

Slide 17 - Quiz

Betrouwbaar? Een review van een nieuwe telefoon.
A
ja
B
nee

Slide 18 - Quiz

In de krant lees je vooral betrouwbare informatie.
A
juist
B
onjuist

Slide 19 - Quiz

Betrouwbaar? "Een artikel op Wikipedia."
A
ja
B
nee

Slide 20 - Quiz

Afsluiting
  • Lesdoelen behaald?
  • Feedback

Slide 21 - Slide

Huiswerk voor volgende week
Paragraaf 1.3 opdracht 1 en 2 blz 24 en25


Slide 22 - Slide