Lezen - les 1 van 6

jas a.d. kapstok
Telefoon in de koffer

Op tafel: 
Laptop (dicht) 
Lesboek
WELKOM!
timer
5:00
socialiseren
1 / 15
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 3

This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

jas a.d. kapstok
Telefoon in de koffer

Op tafel: 
Laptop (dicht) 
Lesboek
WELKOM!
timer
5:00
socialiseren

Slide 1 - Slide

Vandaag
Samen lezen
Instructie
ZW
Evaluatie

Slide 2 - Slide

Samen lezen
timer
10:00

Slide 3 - Slide

Aan het eind van de les kan jij hoofdzaken en 
de hoofdgedachte van een tekst vinden en 
benoemen. 

Slide 4 - Slide

Vul in 1 minuut zoveel mogelijk woorden in die te maken hebben met jouw kerstfeest.

Slide 5 - Mind map

Vul nu woorden uit vraag 1 in die jij het belangrijkst vindt.

Slide 6 - Mind map

Vertel nu met behulp van die woorden het belangrijkste over jouw kerstfeest. 


Slide 7 - Slide

Vul in 1 zin in het belangrijkste in over het kerstfeest van de klasgenoot die net verteld heeft.

Slide 8 - Mind map

Klopt jouw zin met de zin van deze klasgenoot?
Wat vindt jouw klasgenoot van jouw zin? Is dit de belangrijkste zin volgens hem/haar?

Slide 9 - Slide

Hoofdgedachte en hoofdzaken
Wat in een tekst belangrijk is, noem je hoofdzaken. Hoofdzaken lees je vaak in de inleiding en in het slot. Lees ook de eerste en laatste zin van elke alinea, want hierin staat meestal de belangrijkste informatie.
De rest van de alinea is dan bijvoorbeeld een uitleg of een voorbeeld. Ook tussenkopjes en anders gedrukte woorden helpen je om de hoofdzaken van een tekst te vinden.

Slide 10 - Slide

Hoofdgedachte en hoofdzaken
Het belangrijkste van een tekst kun je in één zin samenvatten. Die ene zin noem je de hoofdgedachte. Om die zin te vinden, stel je de vraag: Wat is het belangrijkste wat in de tekst over het onderwerp wordt gezegd? Je vindt de hoofdgedachte vaak in de inleiding of in het slot van de tekst.

Slide 11 - Slide

Hoofdgedachte en hoofdzaken
Zo vind je de hoofdgedachte:

  • Bepaal het onderwerp van de tekst.
  • Geef in één zin antwoord op de vraag: Wat zegt de schrijver over het onderwerp? Noem in je zin in elk geval het onderwerp.

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Link

ZW
timer
15:00
Jullie maken opdracht 1, 2 en 3 uit de digitale methode Nieuw Nederlands af deze les. 
Jullie krijgen hiervoor 15 minuten. 

Slide 14 - Slide

Evaluatie
Op het briefje dat je net van mij hebt gekregen, schrijf je het antwoord onder de vraag. Zo kan ik kijken of je het lesdoel van deze les hebt behaald. Geef de briefjes bij de deur aan mij. 


Slide 15 - Slide