This lesson contains 32 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
2.6 Samenhang: ontwikkeling en verstedelijking
- terugblik 2.5
- uitleg 2.6
- zelfstandig werken
- exit vragen
Slide 1 - Slide
1970
2000
2100??
Slide 2 - Slide
Het demografisch transitiemodel
A
Geeft een overgang aan van hoge naar lage geboorte- en sterftecijfers.
B
Geeft een overgang aan van lage naar hoge geboorte- en sterftecijfers.
C
Geeft een transitie aan van een grote groei naar een kleine groei.
D
Geeft de sociale bevolkingsgroei weer.
Slide 3 - Quiz
Mali heeft een geboortecijfer van 47 promille en een sterftecijfer van 13 promille. Mali zit in ...
A
eind fase 1
B
eind fase 2
C
eind fase 3
D
eind fase 4
Slide 4 - Quiz
Noteer drie redenen waarom geboortecijfers in arme landen vaak hoog zijn
Slide 5 - Open question
Twee beweringen 1. De wereldbevolking neemt absoluut gezien nog steeds toe 2. De relatieve groei van de wereldbevolking neemt af
A
beide beweringen zijn juist
B
beide beweringen zijn onjuist
C
bewering 1 is juist,
2 onjuist
D
bewering 1 is onjuist,
2 juist
Slide 6 - Quiz
Twee beweringen 1. Als de scholingsgraad van vrouwen toeneemt, daalt de vruchtbaarheid 2. In de rijke centrumlanden is er vooral sprake van groene druk
A
beide beweringen zijn juist
B
beide beweringen zijn onjuist
C
bewering 1 is juist,
2 onjuist
D
bewering 1 is onjuist,
2 juist
Slide 7 - Quiz
Leerdoelen
- verklaren waarom in westerse landen het verband tussen stijgende welvaart en verstedelijking veel sterker is dan in niet-westerse landen.
- kun je het verband tussen welvaart, verstedelijkingsgraad en verstedelijkingstempo uitleggen.
- kun je verklaren waarom stedelijke patronen op de wereldkaart voortdurend veranderen.
Slide 8 - Slide
Slide 9 - Slide
Slide 10 - Slide
Verstedelijkingsgraad en verstedelijkingstempo
Slide 11 - Slide
Wat is het verschil tussen verstedelijkingsgraad en verstedelijkingstempo?
Slide 12 - Open question
Verstedelijkingsgraad en verstedelijkingstempo
Slide 13 - Slide
In welke soort landen ligt het verstedelijkingstempo hoger?
A
Centrumlanden
B
(semi) perifere landen
Slide 14 - Quiz
Verstedelijkingstempo?
KARACHI
Inwoners: ca. 24.300.000 (2016)
Jaarlijkse groei: 4,9 %
Land: Pakistan
Werelddeel: Azië
NEW YORK
Inwoners: 23.632.722 (2013)
Jaarlijkse groei: 0,3 %
Land: Verenigde Staten
Werelddeel: Noord-Amerika
Slide 15 - Slide
Slide 16 - Slide
Slide 17 - Slide
Slide 18 - Video
Wat is eigenlijk urbanisatie?
Slide 19 - Mind map
Indeling
Megastad
Stad met meer dan 10 miljoen inwoners
Wereldstad
Grote, meestal westerse stad die voor een deel van de wereld belangrijk is op tal van gebieden.
Hoofdstad
Belangrijkste stad van een land waar meestal de regering zetelt.
Slide 20 - Slide
Waardoor ontstaan er problemen als megasteden ontstaan?
Slide 21 - Slide
Maak de opdrachten van 2.6
Slide 22 - Slide
Wat is verstedelijkingstempo?
A
Snelheid waarmee er meer steden in een land komen.
B
De groei van de steden in oppervlakte.
C
Percentage waarmee de verstedelijkingsgraad jaarlijks toeneemt.
D
De groei van het aantal steden in een land.
Slide 23 - Quiz
Aan de verstedelijkingsgraad kun je zien welk percentage van de bevolking in steden woont.
A
goed
B
fout
Slide 24 - Quiz
Welke samenhang bestaat tussen de mate van ontwikkeling en het verstedelijkingstempo? Gebruik een 'hoe hoe' zin.
Slide 25 - Open question
Er zijn duidelijke verschillen in verstedelijkskingsgraad tussen de (semi-)periferie en centrumlanden. Welk verschil?
Slide 26 - Open question
Waardoor is het verstedelijkingstempo hoog in niet-westerse steden?
A
Er wonen veel mensen in de stad
B
Mensen zijn te arm om buiten de stad te wonen
C
omdat er een hoge verstedelijkingsgraad is
D
Er wonen nog niet zo veel mensen in de stad
Slide 27 - Quiz
Bekijk de tabel. Welk land ziet haar verstedelijkingsgraad het snelst toenemen?
Slide 28 - Open question
Hoeveel inwoners moet een megastad minimaal hebben?
A
1 miljoen
B
5 miljoen
C
8 miljoen
D
10 miljoen
Slide 29 - Quiz
Wereldsteden en megasteden zijn beide groot, maar wereldsteden hebben ook nog andere kenmerken. Geef een kenmerk die wereldsteden wel hebben, maar megasteden niet.
Slide 30 - Open question
Geef een verklaring voor het verschil in groei van megasteden in (semi)periferie en centrum. Maak in je antwoord gebruik van het begrip verstedelijkingstempo óf verstedelijkingsgraad.