8.1 Populatiedynamiek in ecosystemen

Hoofdstuk 8: 
Kenmerken van Ecosystemen
  • Opbouw en afbraak van stoffen
  • Energiestromen
  • Kringlopen
  • Veranderende ecosystemen
1 / 19
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

This lesson contains 19 slides, with text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Hoofdstuk 8: 
Kenmerken van Ecosystemen
  • Opbouw en afbraak van stoffen
  • Energiestromen
  • Kringlopen
  • Veranderende ecosystemen

Slide 1 - Slide

Leerdoelen 8.1
  • Je kunt de energiestromen volgen in een voedselweb en voedselketen en de verschillende rollen van producent, consument, reducent en detrituseter aanwijzen
  • Je kunt de termen organische stof, anorganische stof en assimilatie gebruiken
  • Je kunt de termen foto-autotroof, chemo-autotroof en heterotroof goed toepassen

Slide 2 - Slide

Detritus = dode resten van planten en dieren
Detrituseters = afvaleters = wormen, pissebedden en kevers

Slide 3 - Slide

Kringloop van stoffen zorgt 
ervoor dat een ecosysteem zijn
grondstoffen hergebruikt 

Slide 4 - Slide

Producenten maken van anorganische
stoffen organische stoffen=
een stof met (o.a.) een C-keten en 
C-H-bindingen in het molecuul

Slide 5 - Slide

BALANS
populatiedynamiek  = 
verandering van populaties in een ecosysteem; 
aantallen nemen toe of af, soorten veranderen of verdwijnen

populatiegroei = (geboorte-sterfte) + (immigratie - emigratie)
(i= in  en  e=exit)


Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Geboortecijfer
bepaald door:
  • populatiegrootte
  • voedselbeschikbaarheid
  • soort

Slide 8 - Slide

Sterftecijfer bepaald door
biotische factoren
  • predatie
  • ziekte
  • voedseltekort

abiotische factoren
  • droogte
  • hitte/kou

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Video

Slide 11 - Link

fasen
  1. Exponentiele groei (J-curve)
  2. Stabilisatie (S-curve)
  3. biologisch evenwicht


"verspreid zich in een rap tempo"

Slide 12 - Slide

Exponentiele groei
  • Geen beperkende factoren (voldoende voedsel en geen of te weinig predatoren)

  • J-curve

bijvoorbeeld:
Epidemie (Ebola, Corona)
Invasieve exoten



Slide 13 - Slide

Stabilisatie
Beperkende factoren gaan een rol spelen (Welke?)

  • Groei stopt als draagkracht is bereikt
  • S-curve en daarna biologisch evenwicht

Draagkracht = maximale populatiegrootte die een gebied langere tijd kan onderhouden  

Slide 14 - Slide

Beperkende factoren
(in levenscyclus tijgermug)
  • Broedplekken verwijderen
  • Inzet natuurlijke vijanden
  • Voedel afschermen (gaas)
  • Gif

Slide 15 - Slide

Draagkracht
De draagkracht is de maximale populatiegrootte waarvoor in een gebied voldoende voedsel, schuil- en nestplaatsen zijn. 

Beperkende factoren remmen de populatiegroei waardoor deze onder de draagkracht blijft, zoals concurrentie van andere soorten, predatie, onvoldoende voedsel, ziektes en andere oorzaken van sterfte. 

Slide 16 - Slide

Draagkracht

Slide 17 - Slide

Verstoring
De draagkracht van een gebied is dus niet een vaststaand gegeven. Kan ook veranderen door b.v. klimaatverandering, introductie van een exoot, aanleg van een weg etc. 
Zo'n oorzaak noemen we een verstoring (van het evenwicht)

Slide 18 - Slide

Nu + huiswerk (voor de volgende les)

Lees 8.1 en maak de vragen 2,4,5,6

Slide 19 - Slide