8.1 Populatiedynamiek in ecosystemen

Hoofdstuk 8: 
Kenmerken van Ecosystemen
  • populatiedynamiek
  • Energiestromen
  • Kringlopen
  • Veranderende ecosystemen
1 / 22
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Hoofdstuk 8: 
Kenmerken van Ecosystemen
  • populatiedynamiek
  • Energiestromen
  • Kringlopen
  • Veranderende ecosystemen

Slide 1 - Slide

Vandaag 
Paragraaf 8.1

-Je krijgt uitleg, leest de paragraaf en maakt opgaven 1 t/m 8

woensdag PO-les (denk aan inleverdatum fruitvlieg ma 23-5)
(donderdag 8.2)

Slide 2 - Slide

8.1
Populatiedynamiek
in ecosystemen

Slide 3 - Slide

Leerdoelen 8.1
  • Je kunt de energiestromen volgen in een voedselweb en voedselketen en de verschillende rollen van producent, consument, reduceert en detrituseter aanwijzen
  • Je kunt de termen organische stof, anorganische stof en assimilatie gebruiken
  • Je kunt beschrijven wat de draagkracht van een gebied bepaalt en wat een beperkende factor is

Slide 4 - Slide

Detritus = dode resten van planten en dieren
Detrituseters = afvaleters = wormen, pissebedden en kevers

Slide 5 - Slide

Kringloop van stoffen zorgt 
ervoor dat een ecosysteem zijn
grondstoffen hergebruikt 

Slide 6 - Slide

Producenten maken van anorganische
stoffen organische stoffen=
een stof met (o.a.) een C-keten en 
C-H-bindingen in het molecuul

Slide 7 - Slide

BALANS
populatiedynamiek  = 
verandering van populaties in een ecosysteem; 
aantallen nemen toe of af, soorten veranderen of verdwijnen

populatiegroei = (geboorte-sterfte) + (immigratie - emigratie)
(i= in  en  e=exit)


Slide 8 - Slide

Slide 9 - Video

Slide 10 - Slide

Geboortecijfer
  • populatiegrootte
  • voedselbeschikbaarheid
  • soort

Slide 11 - Slide

Sterftecijfer
biotische factoren
  • predatie
  • ziekte
  • voedseltekort

abiotische factoren
  • droogte
  • hitte/kou

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Video

Slide 14 - Link

fasen
  1. Exponentiele groei (J-curve)
  2. Stabilisatie (S-curve)
  3. biologisch evenwicht


"verspreid zich in een rap tempo"

Slide 15 - Slide

Exponentiele groei
  • Geen beperkende factoren (voldoende voedsel en geen of te weinig predatoren)

  • J-curve

bv:
Epidemie (ebola, corona, SARS)
Invasieve exoten



Slide 16 - Slide

Stabilisatie
Beperkende factoren gaan een rol spelen (Welke?)

  • Groei stopt als draagkracht is bereikt
  • S-curve en daarna biologisch evenwicht

Draagkracht = maximale populatiegrootte die een gebied langere tijd kan onderhouden  

Slide 17 - Slide

Beperkende factoren
(in levenscyclus tijgermug)
  • Broedplekken verwijderen
  • Inzet natuurlijke vijanden
  • Voedel afschermen (gaas)
  • Gif

Slide 18 - Slide

Nu + huiswerk (voor donderdag)
Maak deze oefening:
Organisch of anorganisch?
Lees 8.1 en maak: (1, 2) 3 t/m 8

Vragen H-W? 

Slide 19 - Slide

Welke bewering over detrituseters en reducenten is juist?
A
een ecosysteem kan niet zonder detrituseters, maar wel zonder reducenten
B
een ecosysteem kan wel zonder detrituseters, maar niet zonder reducenten
C
detrituseters en reducenten zijn twee namen voor hetzelfde type organisme
D
detrituseters vallen onder de reducenten, maar de reducenten vallen niet onder de detrituseters

Slide 20 - Quiz

In de afbeelding zijn de relaties tussen producenten, consumenten
en reducenten schematisch weergegeven.
Op een bepaald moment wordt het water van een sloot vervuild
met organische stoffen.

Zal daardoor als eerste een toename optreden van het aantal
consumenten, van het aantal producenten of van het aantal
reducenten in deze sloot?
A
van het aantal consumenten
B
van het aantal producenten
C
van het aantal reducenten
D
dat kun je niet weten

Slide 21 - Quiz

Welke stoffen zijn allemaal
organische stoffen?
A
fosfolipide, zetmeel en nucleotide
B
zetmeel, water en glucose
C
glucose, fosfolipide en water
D
nucleotide, koolstofdioxde en DNA

Slide 22 - Quiz