This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.
Lesson duration is: 30 min
Items in this lesson
pv tt
Persoonsvorm tegenwoordige tijd
Dat zijn werkwoorden in het 'nu'
Slide 1 - Slide
Persoonsvorm door de tijdproef.
Om de persoonvorm te vinden kun je de zin vragend maken. De persoonsvorm (pv) komt dan vooraan.
Je kunt de zin ook van tijd laten veranderen. Een zin in de tegenwoordige tijd wordt verleden tijd en andersom. Het woord dat VERANDERT is de PERSOONSVORM.
Slide 2 - Slide
Slide 3 - Video
Persoonvorm in de tegenwoordige tijd altijd stam + t, behalve bij ik en als jij erachter staat.
Slide 4 - Slide
Wat zijn de regels voor de pv tt?
Slide 5 - Slide
Julia zegt tegen Zoe: "Ik vin... school heel leuk!"
A
d
B
t
C
dt
Slide 6 - Quiz
Thijmen mel... dat hij volgende week niet op school komt.
A
d
B
t
C
dt
Slide 7 - Quiz
Vajen speel... met Noa op het plein.
A
d
B
t
C
dt
Slide 8 - Quiz
Kylaina knutsel... een prachtige bloem.
A
d
B
t
C
dt
Slide 9 - Quiz
Seth raa... het goede nummer.
A
d
B
t
C
dt
Slide 10 - Quiz
Dewi zegt: "Ik bin... het springtouw aan de paal."