Grammar lesson 2 Unit 3 B/K

Grammar lesson 2
Unit 3

Meervoud
Aanwijzen
1 / 21
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Grammar lesson 2
Unit 3

Meervoud
Aanwijzen

Slide 1 - Slide

What are we going to do?
Les 1:
- uitleg meervoud + opdrachten
- uitleg aanwijzen + opdrachten

opdrachten maken


Slide 2 - Slide

Meervoud

Slide 3 - Slide

Meervoud
Om in het Engels een meervoudsvorm te maken zet je een -s achter het woord.
1 book     - 2 books
1 radio    - 2 radios

Let op! GEEN 'S!!!!

Slide 4 - Slide

Wat is het meervoud van:

phone
A
phone's
B
phones

Slide 5 - Quiz

Wat is het meervoud van:

stereo
A
stereo's
B
stereos

Slide 6 - Quiz

Meervoud
Uitzondering:
Als een woord als een -s klank eindigt krijg je in het meervoud +es.

1 kiss         - 2 kisses
1 box         - 2 boxes
1 match   - 2 matches

Slide 7 - Slide

Wat is het meervoud van:

fox
A
fox's
B
foxs
C
foxes

Slide 8 - Quiz

Wat is het meervoud van:

glass
A
glass's
B
glassed
C
glasses
D
glasss

Slide 9 - Quiz

Wat is het meervoud van:
car

Slide 10 - Open question

Wat is het meervoud van:
boy

Slide 11 - Open question

Wat is het meervoud van:
taxi

Slide 12 - Open question

Wat is het meervoud van:
horse

Slide 13 - Open question

Aanwijzen
this, that, these, those

Slide 14 - Slide

Aanwijzen
Als vertaling van 'deze' of 'die' als je iets aanwijst kun je in het Engels this, that, these, of those gebruiken.

welke van de vier je gebruikt hangt af van:
- of het om een of meer personen of dingen gaat.
- of het gaat om iets wat dichtbij of ver weg is. 

Slide 15 - Slide

Aanwijzen
Dichtbij
verder weg
Enkelvoud
Deze boom
This tree
Die boom
that tree
Meervoud
Deze bomen
These trees
Die bomen
Those trees

Slide 16 - Slide

Look at _____ big building over there!
A
this
B
that
C
these
D
those

Slide 17 - Quiz

______ boys are in my class. (ver weg)
A
this
B
that
C
these
D
those

Slide 18 - Quiz

How much do ____ apples cost? (dichtbij)
A
this
B
that
C
these
D
those

Slide 19 - Quiz

is _____ bag here yours?
A
this
B
that
C
these
D
those

Slide 20 - Quiz

Wat ga je nu doen?
- Ga naar je online boek
- Klik op Unit 3
- Klik op 3.2 listening
- Maak de opdrachten van 3.2 listening 1 tot en met 14
- maak de test jezelf



Slide 21 - Slide