les 4

§3.3 Vraag en aanbod
1a De grote vraag naar hout en het beperkte aanbod van hout.
b Het hout komt van bomen die eerst moeten worden geplant en moeten groeien. Dat heeft tijd nodig.

2 De markt voor tuinhout is een abstracte markt.
Houthandel Van der Marel is een voorbeeld van een concrete markt. 
1 / 16
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolmavoLeerjaar 4

This lesson contains 16 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 20 min

Items in this lesson

§3.3 Vraag en aanbod
1a De grote vraag naar hout en het beperkte aanbod van hout.
b Het hout komt van bomen die eerst moeten worden geplant en moeten groeien. Dat heeft tijd nodig.

2 De markt voor tuinhout is een abstracte markt.
Houthandel Van der Marel is een voorbeeld van een concrete markt. 

Slide 1 - Slide

3




b De evenwichtsprijs is € 1.750,-
De evenwichtshoeveelheid is 25.000
c De omzet is dan 25.000 × € 1.750 = € 43.750.000,- 




Prijs
Vraag
Aanbod
€    750,-
65.000
  5.000
€ 1.250,-
45.000
15.000
€ 1.750,-
25.000
25.000
€ 2.250,-
  5.000
35.000

Slide 2 - Slide

4a 


  


b de evenwichtsprijs is € 275.000,-
de evenwichtshoeveelheid is 20 

Slide 3 - Slide

5a                                     5c 



 
b De nieuwe evenwichtsprijs is € 1.500,-
De nieuwe evenwichtshoeveelheid is 35.000   

d De nieuwe evenwichtsprijs is € 2.000,-
De nieuwe evenwichtshoeveelheid is 30.000 

Slide 4 - Slide

1 Als meer producenten eenzelfde product gaan maken, verschuift de aanbodlijn naar rechts.
2 Als consumenten overstappen op een ander product, verschuift de vraaglijn naar links

7 Sociale huurwoningen moeten betaalbaar blijven voor mensen met een laag inkomen. 
Huurwoningen in de vrije sector zijn voor mensen met een hoger inkomen. Die kunnen een hogere huur wel betalen.  

Slide 5 - Slide

8a Meer aanbod. Boeren kregen gegarandeerd een bepaalde prijs. Daardoor was het aantrekkelijk om meer/veel te produceren. 

b Melk is een basisbehoefte. Mensen gaan nauwelijks meer of minder melk drinken als de prijs verandert.

c Als gevolg hiervan ontstond een melkoverschot.  



Slide 6 - Slide

1 Ja. Er zijn veel aanbieders van merkloze witte T-shirts. Onderling verschilt het product ook niet of nauwelijks. Je kunt ze dus makkelijk met elkaar vergelijken.

2 Nee. Het aantal aanbieders van telefoons + abonnementen is redelijk beperkt. Maar binnen het aanbod zijn er heel veel verschillen met betrekking tot belminuten, onbeperkt data etc. Dat maakt het lastig vergelijken voor consumenten.

3 Nee. Er zijn intussen veel aanbieders van elektrische fietsen, maar de fietsen verschillen onderling op technische specificaties, zoals de accu. 




Slide 7 - Slide

10a 1 Ja. Op een transparante markt kun je als consument de producten en prijzen goed met elkaar vergelijken. Je kunt dan een goede keuze maken voor een product en prijs die bij je past.
2 Nee. In een transparante markt kunnen producenten niet ongemerkt de prijzen verhogen en zo meer verdienen. 
Argument voor de mening van John: Op de huizenmarkt kun je het aanbod en de prijs van woningen makkelijk met elkaar vergelijken. Bijvoorbeeld door gebruik te maken van Funda.
Argument voor de mening van Bea: Als er weinig aanbod van woningen is, en veel vraag ernaar, dan stijgen de prijzen van woningen. Je weet ook niet wat andere vragers voor een woning bieden. De prijsvorming is dan onduidelijk.





Slide 8 - Slide

§3.4 Macht op de markt?

  • hoe proberen producenten hun marktaandeel te vergroten?​
  • wat is​ een monopolie?
  • wat de zijn de verschillen tussen volkomen concurrentie en monopolistische concurrentie​?
  • wat is een oligopolie?
  • wat is een kartel?


Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Marktaandeel = je afzet (of omzet) in % van de totale afzet (of omzet) op de markt.

Marktaandeel vergroten door het inzetten van marketinginstrumenten​

of door: ​
overname ander bedrijf ​
fusie (twee bedrijven vormen samen één nieuw bedrijf).








Slide 11 - Slide

Goederen

Homogene goederen 
verschillen in de ogen van klanten niet van elkaar. ​

Heterogene goederen
hebben voor consumenten belangrijke verschillen: voor hen maakt het uit wie het product levert, merk- en smaakvoorkeur.




Slide 12 - Slide

Marktvorm

Er zijn verschillende marktvormen.
Hoeveel aanbieders zijn er?
Hoeveel vragers zijn er?
Zijn de producten verschillend of hetzelfde? ​

Hoeveel macht heeft de producent?
Hoeveel macht heeft de consument?





Slide 13 - Slide

Marktvorm
aantal aanbie-ders
aantal vragers
aard product
markt transparant
voorbeeld
Monopoli
één
veel
homogeen
ja
NS
Volkomen concurrentie
veel
veel
homogeen
ja
graan
aandelen
Monopolistiche concurrentie
veel
veel
heterogeen
nee
electronica
Oligopoli
weinig
veel
homogeen of heterogeen
ja
nee
ruwe olie
benzinestations

Slide 14 - Slide

Verboden afspraken
Een kartel = een afspraak om onderlinge concurrentie te beperken.​

Kartelafspraken gaan over bijvoorbeeld de prijs ​of de hoeveelheid aanbod op de markt ​
Kartelafspraken zijn verboden.

ACM: onderzoekt kartels en kan hoge boetes geven.​





Slide 15 - Slide

  • je gaat  6 minuten in sti
En nu?
je gaat 15 minuten in stilte werken 

Ga verder met de opdrachten van §3.4  (blz 86-89)

Als je klaar bent kun je starten aan de rekenopdrachten



timer
15:00

Slide 16 - Slide