Over taal HS 5 + Lezen

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo g
• Leerjaar 1

Over taal HS 5 + Lezen

Begin van de les

Jassen uit

 Schoolspullen op tafel

 Alle tassen op de grond

https://jeugdjournaal.nl/artikel/2513226-nieuwswekker-beer-rent-door-stad-poetin-wint

https://www.youtube.com/watch?v=4dT375UNzH8

https://www.youtube.com/watch?v=rBviMX_oWL0

- Aan het eind van de les heeft de leerling geoefend met consequente vragen stellen

- Aan het eind van de les heeft de leerling geoefend met luistervaardigheid

Lesdoelen

- Je begrijpt de betekenis van verschillende schooltaalwoorden

- Je begrijpt de betekenis van verschillende moeilijke woorden

- Je herkent enkele veelvoorkomende voor-en achtervoegsels

- Je begrijpt dat woorden een gevoel kunnen oproepen

Voorvoegsel

Een voorvoegsel is een...

1. voorzetsel
2. een deel van het woord met eigen betekenis
3. een deel van het woord zonder eigen betekenis
4. bijvoeglijk naamwoord

Wat is het voorvoegsel in 'onmisbaar'?

1. onmis
2. mis
3. on
4. baar

Wat is het voorvoegsel van dit woord:
'onaardig'

1. aardig
2. ig
3. on
4. aar

Wat betekent het voorvoegsel 'her-'

1. klein
2. opnieuw
3. niet
4. slecht

Wat is een woord met een voorvoegsel?

1. hergebruiken
2. smakeloos

Wat betekent het voorvoegsel anti-

1. voor
2. tegen

Wat betekent het voorvoegsel "non"?

1. iemand uit een klooster
2. niet
3. opnieuw
4. tussen

Achtervoegsel

Wat is een achtervoegsel?

1. een werkwoord
2. een voornaamwoord
3. een toevoeging, die steeds dezelfde betekenis heeft
4. een lidwoord

Welk woord bevat een achtervoegsel

1. kranten
2. herexamen
3. smaakvol
4. tien

Wat is het achtervoegsel?
Handelaar

1. Handel
2. aar
3. Ha
4. de

Wat is een woord met een achtervoegsel?

1. fietstocht
2. fantasierijk

Kies het juiste achtervoegsel:

gevaar...

1. -ig
2. -lijk
3. -aar
4. -ing

Kies het juiste achtervoegsel:

aanwez...

1. -ing
2. -er
3. -aar
4. -ig

- Je begrijpt de betekenis van verschillende schooltaalwoorden

- Je begrijpt de betekenis van verschillende moeilijke woorden

- Je herkent enkele veelvoorkomende voor-en achtervoegsels

- Je begrijpt dat woorden een gevoel kunnen oproepen

Maak opdracht: BLZ 244

29, 30, 31

Klaar?

Begin met lezen hs 5 op blz 250

en maak opdracht 36, 37 en 38

Over taal 

Afmaken

Maak opdracht 31, 34 en 35

Lezen

Afmaken

Maak opdracht 38 + 40 

Over taal HS 6

- Begrijp je de betekenis van verschillende schooltaalwoorden

- Begrijp je de betekenis van verschillende moeilijke woorden

- Ken je zeven strategieën om de betekenis van moeilijke woorden af te leiden

- Begrijp je de betekenis van verschillende spreekwoorden en uitdrukkingen

Het Nederlands kent ontelbaar veel woorden. Telkens kun je weer nieuwe woorden vormen door bestaande woorden een beetje te veranderen. Zo’n nieuwe woordvorm kun je op twee verschillende manieren maken:

Een samenstelling maak je door twee of meer hele woorden samen te voegen tot een nieuw woord. Zo kun je van boek en kast de samenstelling boekenkast maken.

Een afleiding maak je door het begin of het eind van een woord te veranderen. Hierdoor verandert de betekenis en soms ook de woordsoort.

voorbeeld

Het zelfstandig naamwoord de wandeling is een afleiding van het werkwoord wandelen.

Het bijvoeglijke naamwoord panoramisch is een afleiding van het zelfstandig naamwoord het panorama.

Samenstelling

• Herken je stukjes van het woord?
• Kun je de betekenis uit de 2 woorden afleiden?
• Heeft het woord een voor- en achtervoegsel?
  
  
• Bijvoorbeeld
    inburgering      =>  in + burger (bewoner van een stad)
    onaangeraakt  => on + aanraken 

Stap 2

Kijk naar bekende stukjes in het woord. 

• Soms is een woord een samenstelling en kun je de betekenis uit de twee woorden afleiden. 
  
• Soms heeft een woord een voor- of achtervoegsel waarvan je de betekenis kent. 
  

Maak op Blz 290

Opdracht: 21, 22, 23 en 24

Lezen hoofdstuk 6

HERHALENHERHALENHERHALEN

Maak op blz 293

Opdracht: 30, 31, 32, 33